temperatuur) of in tegengestelde richting
(lagere temperatuur).
3. Het apparaat verwarmt niet meer vanaf het
ogenblik dat de kamertemperatuur
(onmiddellijke omgeving van het apparaat) 2
tot 3 graden hoger ligt dan de instelwaarde.
De ventilator blaast nog verder gedurende
een 15 tal seconden.
4. Daalt de kamertemperatuur onder deze 3
graden zal het apparaat opnieuw gaan
werken.
Beschrijving van de afstandsbediening:
1. Schakel het apparaat aan de voeding en druk
op de knop zijdelings van het apparaat.
2. Druk op de toets Aan/Uit van het
bedieningspaneel om het apparaat aan te
schakelen.
3. De afstandsbediening werkt op dezelfde
manier als het bedieningspaneel (Aan-
/Uitschakeling, rotatie, tijdschakelaar,
modes).
4. De toetsen TEMP (+ ;-) werken op dezelfde
manier als de knop thermostaat. Zij worden
gebruikt om de instelwaarde te verhogen of
te verminderen.
5. De afstandsbediening werkt met twee
batterijen AAA (niet bijgeleverd) die
achteraan in de afstandsbediening worden
geplaatst.
6. Plaats geen nieuwe en oude batterijen
samen in de afstandsbediening en acht op de
wettelijke bepalingen bij einde levensduur.
Werp de oude batterijen niet in het huisvuil.
VEILIGHEIDSMAATREGELEN.
1. Het verwarmingsapparaat is voorzien van
een warmtesensor met manuele reset
procedure en thermische
veiligheidsapparatuur dit als bescherming bij
oververhitting.
2.
Bereikt het verwarmingsapparaat een
buitengewoon hoge temperatuur, dan
schakelt het apparaat zich automatisch uit.
Het apparaat kan slechts opnieuw worden