N
E
1. Schuif de lenskap (7) open.
2. Kijk door de zoeker (10) om het beeld te bepalen.
•
U bereikt de beste scherpte als u de afstand tussen de camera
en het onderwerp tussen 1.2 m(3.9ft) en 4.0 m(13.1ft) houdt.
3. Houd de camera stil en druk rustig op de sluiterknop (1) om
de opname te maken.
•
De film wordt automatisch één opname verder getransporteerd.
4. Wacht totdat het knipperende groene LED-je constant brandt voordat
u de volgende opname maakt, anders werkt de flitser misschien niet.
3. OPNAMES MAKEN
40
4. RODE-OGENREDUCTIE
De camera is voorzien van een rode-ogenfunctie waarmee u het effect van de rode ogen,
dat soms optreedt bij het maken van portretten met een flitser, tot het minimum kunt beperken.
1. Druk bij het maken van flitsopnamen de sluiterknop half in om de rode-ogenfunctie te
activeren. De rode-ogenreductielamp (3) gaat branden.
2. Druk de sluiterknop helemaal in om de opname te maken.
De flitser gaat automatisch werken als er te weinig licht is.
6
5
1. 2m(3. 9ft. )
1. 2m(3. 9ft. )
4. 0m(13. 1ft. )
Wat betreft de flits:
De camera zal bij weinig licht automatisch flitsen.
De aanbevolen flitsafstand (ISO400) is 1.2m (3.9ft) tot 4.0m (13.1ft). Zie afbeelding 6.
Let op: Het groene flits klaar LED zal niet oplichten totdat de flitser volledig is opgeladen.