■
36
│
NL
│
BE
PDRW 1800 B1
2. Elektrische veiligheid
a)
De stekker van het elektrische gereedschap
moet in het stopcontact passen. De stekker
mag op geen enkele wijze worden veranderd.
Gebruik geen verloopstekker in combinatie
met geaarde elektrische gereedschappen.
On-
veranderde stekkers en passende stopcontacten
verminderen het risico op elektrische schokken.
b)
Voorkom lichamelijk contact met geaarde op-
pervlakken zoals buizen, verwarmingstoestel-
len, fornuizen en koelkasten.
Er bestaat een
verhoogd risico op een elektrische schok als uw
lichaam geaard is.
c)
Houd elektrisch gereedschap uit de buurt van
regen of vocht.
Als er water in een elektrisch
gereedschap binnendringt, bestaat er verhoogd
risico op een elektrische schok.
d)
Gebruik het snoer niet voor oneigenlijke doel-
einden, bijvoorbeeld om het elektrische gereed-
schap te dragen, om het gereedschap op te
hangen of om de stekker uit het stopcontact te
trekken. Houd het snoer uit de buurt van hitte,
olie, scherpe randen of bewegende onderde-
len.
Beschadigde of in de war geraakte snoeren
verhogen de kans op een elektrische schok.
e)
Gebruik bij het werken met elektrisch gereed-
schap buitenshuis alleen verlengsnoeren die
geschikt zijn voor gebruik buitenshuis.
Het ge-
bruik van een verlengsnoer dat geschikt is voor
gebruik buitenshuis, vermindert het risico op een
elektrische schok.
f)
Gebruik een aardlekschakelaar als het ge-
bruik van het elektrische gereedschap in een
vochtige omgeving onvermijdelijk is.
Het ge-
bruik van een aardlekschakelaar vermindert het
risico op een elektrische schok.
3. Veiligheid van personen
a)
Wees alert, let op wat u doet en gebruik uw
gezond verstand wanneer u elektrisch ge-
reedschap gebruikt. Gebruik geen elektrisch
gereedschap als u moe bent of onder invloed
bent van drugs, alcohol of medicijnen.
Eén moment van onoplettendheid kan bij het
gebruik van elektrisch gereedschap al tot
ernstig letsel leiden.
b)
Draag persoonlijke beschermingsmiddelen en
draag altijd een veiligheidsbril.
Het dragen
van persoonlijke beschermingsmiddelen zoals
een stofmasker, antislip-veiligheidsschoenen, een
veiligheidshelm of gehoorbescherming, afhanke-
lijk van het type en het gebruik van het elektrische
gereedschap, vermindert het risico op letsel.
c)
Voorkom onbedoelde inschakeling. Zorg
ervoor dat het elektrische gereedschap is
uitgeschakeld voordat u het aansluit op de
netvoeding en/of de accu, het optilt of draagt.
Als u bij het dragen van elektrisch gereedschap
uw vinger op de aan-/uitknop houdt of als u een
reeds ingeschakeld elektrisch gereedschap op
de netvoeding aansluit, kan dit tot ongelukken
leiden.
d)
Verwijder het afstelgereedschap of de sleutel
voordat u het elektrische gereedschap aanzet.
Gereedschap of moersleutels die zich in een
draaiend onderdeel van het elektrische gereed-
schap bevinden, kunnen letsel veroorzaken.
e)
Voorkom een abnormale lichaamshouding.
Zorg dat u stevig staat en bewaar altijd uw
evenwicht.
Daardoor kunt u het elektrische
gereedschap in onverwachte situaties beter
controleren.
f)
Draag geschikte kleding. Draag geen wijde
kleding of sieraden. Houd haar en kleding uit
de buurt van bewegende onderdelen.
Loszit-
tende kleding, sieraden of haren kunnen door
bewegende onderdelen gegrepen worden.
g)
Als stofafzuigings- en opvangvoorzieningen
kunnen worden bevestigd, moeten deze wor-
den aangesloten en correct worden gebruikt.
Het gebruik van een stofafzuiging kan risico’s
door stof beperken.
h)
Laat u niet misleiden door een vals gevoel
van veiligheid en negeer de veiligheidsregels
voor elektrisch gereedschap niet, ook niet als
u na veelvuldig gebruik vertrouwd bent met
het elektrische gereedschap.
Onoplettendheid
kan in een fractie van een seconde tot ernstig
letsel leiden.