V 2.2.0t1b
Oplink Communications, Inc.
12
de deur.
ii. Plaats de kleine eenheid op het beweegbare deel van de deur
waarbij de klein eenheid recht tegenover de bovenhelft van de
grote eenheid moet worden geplaatst, waarbij u erop moet letten
dat het niet de aanbevolen breedte van een potlood tussen de
sensoren overschrijdt voor de beste prestaties.
iii. Het vulstuk wordt gebruikt als het kleinere stuk hoger geplaatst
moet worden om er zeker van te zijn dat contact is met het grotere
stuk.
b. Op uw raam:
i. Nadat u de locatie op het raam hebt bepaald, moet u de grote
eenheid van de sensor plaatsen op het onbeweegbare frame van
het raam.
ii. Plaats de kleine eenheid op het beweegbare deel van het raam
waarbij de klein eenheid recht tegenover de bovenhelft van de
grote eenheid moet worden geplaatst, waarbij u erop moet letten
dat het niet de aanbevolen breedte van een potlood tussen de
sensoren overschrijdt voor de beste prestaties.
iii. Het vulstuk wordt gebruikt als het kleinere stuk hoger geplaatst
moet worden om er zeker van te zijn dat contact is met het grotere
stuk.
4. Als u de ramen en deuren opent en sluit, moeten de twee onderdelen van elkaar
scheiden bij het openen, en weer bij elkaar komen bij het sluiten.
5. Controleer dat de twee onderdelen functioneren door te kijken of de LED op de
sensor knippert als de onderdelen van elkaar zijn gescheiden. De LED op de
sensor knippert weer als de onderdelen weer bij elkaar komen.
*Opmerking: Als u de grote eenheid van de sensor niet op het frame van uw raam
of deur kunt plaatsen, kunt u ook de kleinere eenheid van de sensor op het frame
plaatsen zodat u het makkelijker kunt plaatsen. Dit is een acceptabele benadering
voor het plaatsen van de sensoren, alhoewel het alleen gebruikt mag worden
indien het echt niet anders kan.
