NEDERLANDS
1
Algemeen
(1)
Converteert de weergegeven waarde in een buitenlandse valuta.
(2)
Berekent de waarde inclusief BTW, stelt het BTW-tarief in.
(3)
Berekent de nettowaarde zonder BTW, roept het BTW-tarief op.
(4)
Converteert de weergegeven waarde in de lokale valuta.
(5)
Stelt de wisselkoers van de valuta in.
(6)
Wist alles, inclusief de inhoud van het geheugen.
(7)
Schakelt de rekenmachine in / wist het laatst ingevoerde nummer of de laatste
berekening.
(8)
Voert het vereiste nummer in, tot een maximum van 12 cijfers.
(9)
Voert de komma-instelling in.
(10)
Optellen, voegt een cijfer aan de accumulator toe.
(11)
Gelijkteken, voltooit de berekening.
(12)
Vermenigvuldigen: voer het eerste nummer in (vermenigvuldigtal) en druk op
[×]. Voer vervolgens het tweede nummer in (vermenigvuldiger) en druk op [=] of
een andere toets, al naar gelang de behoefte, om het resultaat te verkrijgen.
(13)
Delen:
voer het te delen nummer (deeltal) en druk op [÷]. Voer vervolgens het
tweede nummer (deler) in en druk op [=] of een andere toets, al naar gelang de
behoefte, om het resultaat te verkrijgen.
(14)
Aftrekken, trekt een cijfer van de accumulator af.
(15)
Correctie van een spatie naar rechts.
(16)
Voltooit de berekening van het percentage.
(17)
Met de keuzeschakelaar CSM/MEMORY (23) ingesteld op MEMORY, wordt
een cijfer van het geheugen afgetrokken. Met dezelfde keuzeschakelaar
ingesteld op CSM, wordt de winstmarge als percentage vastgesteld of
berekend.
1
2
3
4
5
6
7
17
16
15
14
13
12
11
18
19
10
9
8
20
21
22
23