41
NL
CD-MODUS
9
Het apparaat inschakelen: Druk en houd de / knop gedurende circa 2 seconden ingedrukt.
Het aan/uit-controlelampje brandt.
Stel de functieschakelaar in op de positie CD. Het aan/uit-controlelampje brandt.
10
Open het CD-vak en plaats een CD, met het label naar boven.
11
Sluit de klep van het CD-vak.
Opmerking: Als er geen CD is ingebracht, geeft het display
weer.
CD’S AFSPELEN
12
1. Het afspelen starten of onderbreken: Druk op . In de pauzemodus knippert de afspelen/
pauze-indicator op het display.
2. Het afspelen Stoppen: Druk op . In de stopmodus wordt het totaal aantal tracks op het
display weergegeven.
3. Naar de volgende track gaan: Druk op
. Druk en houd ingedrukt om snel door te spoelen.
4. Naar de vorige track gaan: Druk op
. Druk en houd ingedrukt om snel terug te spoelen.
13
Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk op REP om tussen de afspeelmodi te schakelen:
Duw
Herhalingsindicator
Resultaat
1x
Knippert.
Eén track herhalen.
2x
Continu aan.
Alle tracks herhalen.
3x
Verdwijnt.
Normaal afspelen.
Opmerking: Als er gedurende langer dan 10 minuten geen CD wordt afgespeeld, wordt het apparaat
automatisch uitgeschakeld.
PROGRAMMA AFSPELEN
Opm.:
•
U kunt tot 20 CD-tracks in een gewenste afspeelvolgorde programmeren.
•
De programmafunctie kan met de herhalingsfunctie gecombineerd worden.
14
1. Het afspelen stoppen: Druk op .
2. De programma-instellingen invoeren: Druk op PROG.
01
knippert op het display.
3. De gewenste track selecteren: Druk op
of
.
4. De geselecteerde track in het programmageheugen opslaan: Druk nogmaals op PROG.
02
knippert nu op het display.
5. Herhaal stap 3 en 4 om extra tracks te programmeren.
6. Na het programmeren van alle gewenste tracks, druk op om het afspelen te starten.
7. Het afspelen stoppen: Druk 1x .
8. Het afspelen van het programma annuleren: Druk opnieuw 1x .
GELUID VAN EEN RANDAPPARAAT (AUX) AFSPELEN
15
Het apparaat inschakelen: Druk en houd de / knop gedurende circa 2 seconden ingedrukt.
Het stroomcontrolelampje brandt.
Stel de functieschakelaar in op de positie AUX.
16
Sluit het randapparaat aan op de AUX-IN aansluiting met behulp van de 3,5 mm audiokabel (niet
meegeleverd).
Als een randapparaat is verbonden, moeten alle afspeelfuncties van dit apparaat worden
gebruikt.
IM_ORC110_140605_V03.indb 41
6/5/14 11:15 AM
