15
NEDERLANDS
6. MAX/MIN toets
Druk op deze toets om de maximale temperatuur en vochtigheid beide binnenshuis en
buiten weer te geven.
Druk nogmaals in om de minimale temperatuur en vochtigheid beide binnenshuis en
buiten weer te geven.
7. MAANSTAND
Het zal de maanfase automatisch berekenen, de maanfase wordt onderverdeeld in
8 graden.
Temperatuur en vochtigheid:
1. Temperatuurbereik binnenshuis: 0 °C–50 °C (32 °F–122 °F);
Temperatuurbereik buitenshuis: -50 °C–70 °C (-58 °F–158 °F).
2. Vochtigheidsbereik: 20%–99%.
3. Verloop van temperatuurwisseling: één controle per uur, vergeleken met de vorige
gegevens. Als de temperatuurwisseling meer dan 1 °C is, zal het pijltje plat liggen.
Druk en Weersverwachting:
1. Schakel het apparaat in om de hoogte in te stellen, anders zal het 0 zijn.
2. Twee types drukeenheden: Hpa/Mb of in Hg.
3. Registreert de drukgegevens over de afgelopen 12 uur.
4. Vergelijkt de drukgegevens elke 60 minuten met de vorige gegevens. Als de verandering
meer dan 2 hpa is, zal het drukpijltje ook veranderen.
5. Controleert de gegevens om het uur en zal de weersgrafieken aan de hand van het
resultaat weergeven.
RCC Ontvangstmodus:
1. RCC ontvangstformaat: DCF, de ontvangsttijd is ca. 10 minuten.
2. RCC ontvangstwijze.
3. Het zal de RCC ontvangst 3 minuten nadat u het apparaat inschakelt starten.
4. RCC ontvangstgrafiek:
De torengrafieken knipperen tijdens ontvangst. De torengrafiek knippert ook in
geval van geen of een verloren signaal. De torengrafiek zal niet knipperen tijdens
signaalsynchronisatie, maar het boogvormige antennesymbooltje bovenin de
torengrafiek zal wel knipperen. Na een geslaagde ontvangst zal de gehele RCC
ontvangstgrafiek worden weergegeven: Wanneer de signaalontvangst mislukt, zal de
torengrafiek uitschakelen en de RCC afsluiten.
Deel II
Er zitten 5 toetsen op de achterzijde: UP, DOWN, HISTROY, MAX/MIN, ALERT. Deze knoppen
worden gebruikt voor de volgende functies:
1. ALERT toets
Druk in normale weergavemodus op deze toets om de functie
“temperatuurwaarschuwing” te activeren of deactiveren. Een pijltje zal verschijnen om
aan te geven dat de functie is geactiveerd, of het pijltje verdwijnt om aan te geven dat
het alarm gedeactiveerd is.