32
Nederlands
versterker met de jack PRE OUT (39) of REC (40) .
Het signaal voor de bijkomende versterker wordt
niet beïnvloed door de regelaar MASTER (17) of
door de zonevolumeschakelaars (2) .
5.3.7 Telefoon- of nachtbel
Een telefoon- of nachtbel kan zo nodig via de
geluids installatie worden weergegeven (bv . tijdens
een nachtelijke controleronde) .
1) Stuur de stuurspanning voor de bel (bv . 8 V/ 50 Hz)
naar de aansluitingen NIGHT RINGER (26) .
2) Druk op de toets TEL (13) .
3) Druk op de bel en stel met de regelaar RINGER
(11) het volume in van het oproepsignaal dat
door de versterker is gegenereerd .
4) Schakel de belfunctie desgewenst in of uit met
de toets TEL .
Opmerking:
De bel heeft de laagste prioriteit .
5.3.8 Telefooncentrale
Via de telefooncentrale kunt u aankondigingen
weergeven via de geluidsinstallatie .
1) Stuur het telefoonsignaal (lijnniveau) naar de
klemmen PAGING IN (27) .
2) Stel tijdens een aankondiging het volume in met
de regelaar PAGING (12) .
Opmerking:
Telefoonaankondigingen hebben derde
prioriteit .
5.3.9 Schakelaar voor aankondigingen
in alle zones
Voor de bediening op afstand van de volgende
functies sluit u een schakelaar aan op de klemmen
MESSAGE FIRST PRIORITY (28):
1 . Tegelijk worden alle PA-zones ingeschakeld en
op maximaal geluidsvolume ingesteld [zoals met
de toets ALL CALL (4)] .
2 . Bij het gebruik van de module voor digitale bood-
schappen PA-1120DMT wordt de aankondiging
van het geheugen M 6 automatisch opgevraagd .
Steek jumper MS 2 hiervoor in de stand “PRI TO
PACK” (zie overzichtstekening pagina 48), al-
vorens de module te monteren . Zo krijgt de aan-
kondiging van het geheugen M 6 eerste prioriteit .
In plaats van de schakelaar kan ook een alarm-
meldingscontact worden aangesloten, bv . voor
een automatische brandalarmmelding .
3 . Wenst u via de schakelaar resp . via het alarm-
meldingscontact de versterker ook gelijktijdig in
te schakelen, sluit dan een diode van het type
1N4007 volgens figuur 7 aan tussen de bovenste
klem MESSAGE FIRST PRIORITY en de linker klem
POWER REM .
Z5
Z4
Z3
Z2
Z 1
4
Ω
100V
Z6
LOW
IMP
NIGHT
RINGER
PAGING
IN
MESSAGE
FIRST
PRIORITY
HIGH
IMP
SPEAKER ZONES
ATT. OUTPUTS
TEL
1N4007
24 V
⎓
/20 A
POWER REM.
➆
Automatisch inschakelen van de versterker en
activeren van de aankondiging M 6
5.3.10 Noodbericht / voorrangsrelais
Als er tussen de versterker en de luidsprekers
geluidsvolumeregelaars met noodbericht / voor-
rangsrelais (bv . serie ATT-3 . .PEU of ATT-5 . .PEU van
MONACOR) zijn geschakeld, dan kunt u belangrijke
aankondigingen toch horen, zelfs al is het volume
op “nul” ingesteld .
1) Sluit hiervoor een tafelmicrofoon PA-4000PTT
of PA-4300PTT aan (hoofdstuk 5 .3 .3) .
2) Sluit het noodbericht / voorrangsrelais volgens de
figuur 8 aan op de klemmen PRIORITY RELAY
OUTPUT (47) . De uitgang heeft een belastbaar-
heid van 200 mA .
3) Plaats de schakelaar PRIORITY op de microfoon
in stand ON (naar beneden) .
4) Bij het bedienen van de spraaktoets [TALK]
worden de luidsprekers nu door het relais naar
maximaal geluidsvolume geschakeld .
100V
ATT-…
PA-6240/-6480/-6600
Speaker
24 V
Switch Line
100 V
Audio Line
10
0
PA-4000PTT PA-4300PTT
PRIORITY RELAY
OUTPUT
24 V, max. 0,2 A
➇
Noodbericht / voorrangsrelais
5.3.11 Schakelaar voor afstandsbediend
in- en uitschakelen
De versterker kan met een schakelaar die op de
contacten POWER REM (36) is aangesloten, op af-
stand worden in- en uitgeschakeld . Daarom mag
de versterker niet met de schakelaar POWER (19)
zijn ingeschakeld of op een noodvoeding zijn aan-
gesloten .
5.3.12 Netvoeding en noodstroomvoeding
1) Ten slotte verbindt u het meegeleverde netsnoer
eerst met de jack (35) en plugt u de stekker
ervan in een stopcontact (230 V/ 50 Hz) .
2) Als de versterker bij een eventuele stroomuitval
verder moet werken, sluit u op de klemmen
24 V
⎓
(37) een noodvoeding van 24 V aan (bv .
PA-24ESP van MONACOR) . Bij een kabellengte
van maximum 6 m is een dwars doorsnede van
4 mm
2
vereist .
Opmerkingen:
1 . Als de aansluitingen van de nood stroomeenheid onder
de spanning van 24 V
⎓
staan, kan de versterker met
de schakelaar POWER (19) niet worden uitgescha-
keld . De versterker schakelt bij een stroomuitval of
in uit geschakelde toestand automatisch om naar de
noodvoeding .
2 . Ook wanneer de versterker is uitgeschakeld, verbruikt
hij een geringe hoeveelheid stroom . Trek daarom de
netstekker uit het stopcontact en koppel de noodvoe-
ding eventueel los, wanneer u de versterker langere
tijd niet gebruikt .
5.4 Prioriteit van de ingangssignalen
vastleggen
Alle ingangssignalen hebben een bepaalde prioriteit
toegewezen gekregen . Een signaal met een hogere
prioriteit overstemt steeds een signaal met lagere
prioriteit, wanneer beide signalen tegelijk op de
versterker toekomen . Signalen met eenzelfde pri-
oriteit worden gemengd . De volgende tabel geeft
een overzicht en toont wijzigingsmogelijkheden .
Prioriteit Signaal
Voorwaarde
Wijziging
1
Aankondiging M 6
van de module voor
digitale boodschap-
pen PA-1120DM
Jumper MS 2 op
PRI TO PACK
Schakelaar (28)
gesloten
2
Tafelmicrofoon
PA-4000PTT
PA-4300PTT
DIP-schakelaar
PRIORITY op de
micro op ON
Schakelaar op
OFF =
vierde prioriteit
2
Commandomicrofoon
PA-6000RC
Schakelaar op
aansluitmodule
op PRIORITY
Schakelaar op
SLAVE =
vierde prioriteit
2
Gong
—
—
3
Telefooncentrale op
de klem (27)
—
—
4
Ingangen 1, 2 en 3
DIP-schakelaar
(34) op OFF
1
DIP-schakelaar
op ON = derde
prioriteit
Sirene
—
—
Prioriteit Signaal
Voorwaarde
Wijziging
5
Aanvullende
modules
Jumper MS 2 op
SLAVE
1
Jumper MS 2 op
PRI TO PACK =
tweede prioriteit
Ingangen 4 en 5
—
—
Telefoon of
nachtbel
—
—
1
Fabrieksinstelling
2
Tafelmicrofoon PA-4000PTT / PA-4300PTT gebruikt de
ingang 1 en de commandomicrofoon PA-6000RC de
ingang 2 . Via de bijbehorende DIP-schakelaar MIC
PRIORITY (34) kunnen de microfoons ook op derde
prioriteit worden ingesteld .
6 Bediening
Als de versterker uitgeschakeld is en de nood-
stroomeenheid stuurt geen 24 V-spanning naar de
aansluitingen 24 V
⎓
(37), licht de LED STAND-BY
(20) op .
1) Plaats eerst de vijf niveauregelaars (7) voor de
ingangen 1 – 5 en de regelaar MASTER (17) in de
stand nul, alvorens de eerste keer in te schakelen .
2) Schakel de versterker in met de schakelaar
POWER (19) of met een schakelaar die op de
klemmen POWER REM (36) is aange sloten .
De groene LED STAND BY gaat uit en de gele
POWER-LED (21) licht op .
6.1 Het volume instellen
1) Stel eerst het maximaal gewenste geluids volume
voor aankondigingen met hoogste prioriteit in .
Druk hiervoor eerst op de toets ALL CALL (4) .
Geef naargelang de uitrusting een aankondi-
ging door:
a) Vraag bij aanwezige module voor digitale
boodschappen via een schakelaar op de
klemmen MESSAGE FIRST PRIORITY (28)
de aankondiging op uit het geheugen M 6 .
Plaats de niveauregelaar LEVEL op de module
ongeveer in de stand 7 .
b) Bij een tafelmicrofoon die op de jack PA-
4300PTT (45) of PA-4000PTT (46) is aange-
sloten, plaatst u de niveauregelaar (7) van de
ingang 1 ongeveer in de stand 7, en geeft u
een aankondiging door .
c) Bij een aanwezige commandomicrofoon
PA-6000RC plaatst u de niveauregelaar (7)
van de ingang 2 ongeveer in de stand 7, drukt
u op de toets ALL CALL (58) en geeft u een
aankondiging door .
d) Bij gebruik van een andere microfoon plaatst
u de niveauregelaar (7) van de bijbehorende
ingang in de stand 7, en geeft u een aan-
kondiging door .
2) Stel tijdens de aankondiging het volume in met
de regelaar MASTER (17) . Bij oversturing licht
in de niveau-indicatie (5) de rode LED CLIP op .
In dit geval moet u het geluidsvolume met de
regelaar MASTER verminderen .
3) Om het geluidsvolume voor normale aankondi-
gingen in te stellen, moet u de toets ALL CALL
opnieuw uitschakelen . Druk hiervoor op alle
toetsen (3) van de afzonderlijke PA-zones .
4) Geef een aankondiging door zoals beschreven
onder punt 1) b of d . Opmerkingen:
Opmerkingen:
1 . Op de PA-4000PTT / PA-4300PTT plaatst u de scha-
kelaar in de bovenste stand .
2 . Geef de aankondiging niet via een PA-6000RC
door, omdat dit geluidsvolume onafhankelijk is
van de zonevolumeschakelaars (2) .
5) Wijzig de stand van de regelaar MASTER (17)
niet, maar stel tijdens de aankondiging met de
overeenkomstige zonevolumeschakelaars (2) voor
elke zone afzonderlijk het gewenste volume in .
6) Stel aansluitend het geluidsvolume in voor de
signalen van de overige ingangen (bv . achter-
grondmuziek) met behulp van de niveauregelaar
LEVEL (7) van de betreffende ingang .