90
9. PC-link functies
De bloeddrukmonitor kan worden aangesloten op een personal
computer (PC) door middel van de Microlife Blood Pressure
A Software (BPA+) en USB-kabel. Het geheugen kan dan
worden uitgelezen.
Indien er geen download voucher of een kabel is meegeleverd
kunt u een Micro-USB kabel gebruiken en de BPA+ software via
www.microlife.com/software downloaden.
10.Foutmeldingen
Als er een fout optreedt, wordt de meting onderbroken en wordt
een foutmelding, b.v.
«Err 3»
, weergegeven.
* Neem a.u.b. onmiddelijk contact op met uw arts wanneer dit of
enig ander probleem vaker optreedt.
11.Veiligheid, onderhoud, nauwkeurigheidstest en
verwijdering
m
Veiligheid en bescherming
Volg de instructies voor correct gebruik. Deze documentatie
voorziet u van belangrijke bedienings- en veiligheids
-
voorschriften betreffende dit apparaat. Lees de documentatie
zorgvuldig door vóór ingebruikname van het apparaat en
bewaar het voor latere raadpleging.
Dit apparaat mag uitsluitend worden gebruikt voor het doel
zoals in de gebruiksaanwijzing beschreven. De fabrikant kan
niet aansprakelijk worden gesteld voor schade veroorzaakt
door onjuist gebruik.
Dit apparaat bevat gevoelige componenten en moet met voor
-
zichtigheid worden behandeld. Neem de bewaar- en bedien
-
ingsvoorschriften in acht, zoals beschreven in het hoofdstuk
De manchet is kwetsbaar en moet met zorgvuldigheid worden
behandeld.
Alleen de manchet oppompen wanneer het aan de arm is
aangebracht.
Fout
Beschri
-
jving
Mogelijke oorzaak en oplossing
«Err 1»
BK
Signaal te
zwak
De polsslag wordt onvoldoende doorge
-
geven door de manchet. Plaats de
manchet opnieuw en herhaal de
meting.*
«Err 2»
BT
-B
Foutmelding Tijdens het meten zijn er fouten
ontstaan, door bijvoorbeeld een bewe
-
ging of samentrekking van een spier.
Herhaal de meting terwijl u uw arm stil
houdt.
«Err 3»
BT
-C
Abnormale
manchet
druk
Een adequate druk kan niet in de
manchet worden geproduceerd. Er kan
een lek in het manchet zijn. Controleer of
de manchet goed is aangesloten en niet
te los om de arm zit. Vervang de batter
-
ijen indien nodig. Herhaal de meting.
«Err 5»
Abnormaal
resultaat
De meetsignalen zijn onbetrouwbaar en
daarom kan geen resultaat worden
weergegeven. Neem het stappenplan
door voor een betrouwbare meting en
herhaal dan de metingen.
«Err 6»
MAM Modus Er waren teveel fouten tijdens het meten
in MAM mode, wat het onmogelijk maakt
om een betrouwbaar resultaat weer te
geven. Lees de controlelijst door voordat
u betrouwbare metingen verricht en
herhaal dan de metingen.
«HI»
Hartslag of
manchet
-
druk te hoog
De druk in de manchet is te hoog (boven
299 mmHg) OF de hartslagfrequentie is
te hoog (boven 200 slagen per minuut).
Ontspan gedurende 5 minuten en
herhaal de meting.*
«LO»
Polsslag te
laag
De hartslagfrequentie is te laag (minder
dan 40 slagen per minuut). Herhaal de
meting.*
met Blue
-
tooth
®
verbinding
Als er een probleem optreedt met
deBluetooth verbinding, zal het Blue
-
tooth
®
symbool
AO
gedurende 10
seconden snel knipperen. Om het prob
-
leem te verhelpen, gaat u naar
www.microlife.com/connect.
Fout
Beschri
-
jving
Mogelijke oorzaak en oplossing
Summary of Contents for BPB6 Connect
Page 130: ...128 ...