ALGEMENE BEDIENING
6
STAND-BYMODUS
1.
2.
3.
4.
Druk op de
STANDBY
-toets op het apparaat of op de
afstandsbediening om het apparaat in te schakelen.Druk nogmaals op
de toets om de normale bediening te hervatten.
VOLUMEREGELAAR
Draai om het volume te verhogen de
VOLUME
-knop met de klok mee
of druk op de
toets.
Draai om het volume te verlagen de
VOLUME
-knop tegen de klok in
of druk de
VOLUME-
toets.
DEMPFUNCTIE
Druk op ieder willekeurig moment de
MUTE
-toets om de uitgang stil
te maken. Druk nogmaals om het geluid te herstellen.
DSP-EFFECTEN
Druk herhaaldelijk op de
DSP
-toets om het geluidsveld te veranderen:
Jazz, Rock, Klassiek, Pop, Live, Dance en uit.
LOUD-FUNCTIE
Deze functie geeft een voller basgeluid bij lage volumes. Druk op de
LOUD
-toets op de afstandsbediening om het effect in te schakelen.
Druk nogmaals om het effect uit te schakelen.
HET WISSELEN VAN MODI
Het wisselen tussen de modi:
CD, FM, DAB+,
en
AUX IN
. Druk op de
SOURCE
-toets op het apparaat om door de modi te bladeren of druk
de relevante toets op de afstandsbediening:
CD, DAB/FM,
of
AUX IN.
Druk herhaaldelijk op de
DAB/FM
-toets om te schakelen tussen DAB+
en de FM-modus.
TOONREGELING
Aanpassen van de bas- en hoge tonenregeling.
Druk op de
TONE
-toets op de afstandsbediening.
De eerste aanpassing betreft de bas. Gebruik de
VOL+/-
toetsen
om aan te passen.
Druk opnieuw op de
TONE
-toets om de hoge tonen te kunnen
aanpassen. Gebruik de
VOL+/-
toetsen om aan te passen.
Druk nog eenmaal op de
TONE
-toets om het volume aan te passen.
Gebruik de
VOL+/-
toetsen om aan te passen.