153
NL – NEDERLANDS
LET OP!
Vermijd de plaats van de sinus frontalis, de fossa temporalis, grote bloedvaten, ze-
nuwen en eerder gerestaureerd of abnormaal dun bot.
LET OP!
Verifieer dat het traject van de enkele pen in de schedelklem de centerlijn van het
hoofd van de patiënt en de schommelarm snijdt zodat het hoofd van de patiënt
correct in de schedelklem wordt gefixeerd.
4. Voor een goede fixatie op de schedel moeten een piston en aanzetstang van de juiste lengte
worden geselecteerd. (Zie figuur 12 hieronder.) De aanzetstang moet bijna tot de hoogte van
het buitenoppervlak van de draadbehuizing worden ingestoken. De piston van de juiste lengte
wordt nu in de aanzetstang geschroefd totdat de schedelpen de schedel raakt. Er is een piston-
draaier meegeleverd voor het geval dat de piston slecht toegankelijk is.
Draadbehuizing
Aanzetstang
Piston
Figuur 12
5. De schedelpennen horen goed in het schedeldak te worden gezet door de krachtapplicator op
de draadbehuizing van de schedelklem aan te schroeven.