Nederlands
25
3. Plastic doos
De extra toebehoren kunnen zonder aankondiging op
ieder moment worden veranderd.
TOEPASSINGEN
䡬
Vastdraaien van schroeven met zeskante kop.
䡬
Vastdraaien van drywall-schroeven, houtschroeven
en zelf-borende schroeven.
VOOR HET GEBRUIK
1. Netspanning
Controleren of de netspanning overeenkomt met de
opgave op het naamplaatje.
2. Netschakelaar
Controleren of de netschakelaar op „UIT” staat. Wanneer
de stekker op het net aangesloten is, terwijl de schakelaar
op „AAN” staat, begint het gereedschap onmiddellijk
te draaien, hetwelk ernstig gevaar betekent.
3. Verlengsnoer
Wanneer het werkterrein niet in de buurt van een
stopcontact ligt, dan moet men gebruik maken van
een verlengsnoer, dat voldoende dwarsprofiel en
voldoende nominaal vermogen heeft. Het verlengsnoer
moet zo kort mogelijk gehouden worden.
4. Controle van de draairichting van het gereedschap
(Afb. 1)
Het gereedschap draait met de klok mee (gezien
vanuit de achterkant), wanneer de schakelpal op “R”
staat. Wanneer de pal op “L” geschakeld staat, draait
het gereedschap tegen de klok in en kan gebruikt
worden voor het los-en eruitdraaien van schroeven.
5. Stel de aandraaidiepte af (Afb. 2).
De aandraaidiepte kan afgesteld worden door de
zoeker naar rechts te draaien en links te klikken.
(1) Voor schroevenmet zeskante kop:
Zet de schroef in de zeskante dop en stel de afstand
tussen het uiteinde van de sub-stopper en de
onderkant van de schroefkop in op 1–1,5 mm, zoals
afgebeeld in
Afb. 3
.
(2) Voor Drywall-schroeven:
Zet een Drywall-schroef op de schroevendraaierpunt
en stel de afstand tussen het uiteinde van de sub-
stopper en de schroefkop in op 1,5–2 mm, zoals
afgebeeld in
Afb. 4
.
(3) Voor zelftappende kruiskopschroeven:
Zet een zelftappende schroef op de
schroevendraaierpunt en stel de afstand tussen het
uiteinde van de sub-stopper en de onderkant van
de schroefkop in op 1–1,5 mm, zoals afgebeeld in
Afb. 5
.
6. Bevestiging van de boor
Zie “Aanbrengen en verwijderen van de
schroevendraaier” voor nadere byzonderheden.
AANBRENGEN EN VERWIJDEREN VAN DE
ZESKANTE BUS OF DE SCHROEVENDRAAIER
1. Verwijderen van de zeskante bus (Afb. 6)
(1) Trek de Sub-stopper uit de Locator terwijl u de Sub-
stopper ronddraait.
(2) Verwijder de zeskante bus. Houd deze met uw hand
vast of klem hem in een bankschroef terwijl u de
schroevendraaier er met een tang uit trekt.
2. Verwijderen van de schroevendraaierpunt (Afb. 7)
Verwijder de sub-stopper (G) zoals beschreven bij
het verwijderen van de zeskantdop, verwijder de
boorhouder en trek vervolgens de schroeven-
draaierpunt eruit met een tang.
3. Verwijderen van de schroevendraaierpunt (Afb. 8)
Verwijder de sub-stopper (F) zoals beschreven bij
het verwijderen van de zeskantdop, verwijder de
boorhouder en trek vervolgens de schroeven-
draaierpunt eruit met een tang.
4. Aanbrengen van de zeskante bus of de
schroevendraaier
Monteer de schroevendraaier in de omgekeerde
volgorde van het verwijderen.
DE SCHROEVENDRAAIER GEBRUIKEN
1. Schakel de bediening en de draaisnelheid in
De draaisnelheid van de bit kan tussen 0 – 6000 min
-1
(W6VM) of 0 – 4500 min
-1
(W6V4) of 0 – 3000 min
-1
(W6VA4) of 0 – 2600 min
-1
(W6VB3) of 0 – 1700 min
-1
Magnetische boorhouder
(Kort type)
Magnetische boorhouder
Niet-magnetische boorhouder
Schroevedraaier
Sub-stopper
2. Voor andere schreoven
Boorhouder
Schroef-
kop
nr.1
nr.2
nr.3
nr.1
nr.2
nr.1
nr.2
nr.3
nr.1
nr.2
Afstand B
4 mm
5 mm
Sub-stopper (G)
Sub-stopper (F)
05Ned_W6VM_WE
12/2/08, 19:47
25