Nederlands
55
2. Steek de batterij in het acculader
Steek de batterij stevig in de oplader, totdat deze
kontakt maakt met de bodem van de oplader. Let
bij het plaatsen van de batterij op de polariteit van
(+) en (–) zoals in Afb. 4 getoond wordt.
LET OP
䡬
Zorg dat de batterij in de juiste richting van plus
en min wordt geplaatst, anders is niet alleen opladen
onmogelijk, maar er kunnen ook storingen in de
werking van de oplader ontstaan zoals een
beschadigd oplaadcontact.
3. Opladen
Wanneer een batterij in de acculader wordt
aangebracht, blijft het controlelampje kontinu rood
branden.
Wanneer de batterij volledig is opgeladen, gaat het
controlelampje in rood knipperen (Met tussenpozen
van 1 sekonde) (Zie Tabel 4).
(1) Aanduiding van de controlelampje
De aanduidingen van het controlelampje zijn zoals
aangegeven in Tabel 4, al naar gelang de toestand
van de oplaadbare batterij of het acculader.
䡬
Als de batterij wordt herladen wanneer ze warm is
door batterijgebruik of blootstelling aan zonlicht,
kan het controlelampje groen oplichten.
De batterij wordt niet herladen. Laat in dat geval
de batterij afkoelen voor het laden.
䡬
Wanneer het controlelampje snel in rood knippert
(vijfmaal per sekonde), neem de batterij dan uit het
oplaadapparaat en controleer de opening van de
laatste dan op de aanwezigheid van een voorwerp
dat er niet hoort. Is er geen voorwerp in de opening
aanwezig, dan is de storing waarschijnlijk te wijten
aan de oplaadbare batterij of het oplaadapparaat.
Laat deze dan controleren door een bevoegde
onderhoudsinstantie.
〈
UC18YGL2
〉
Vóór het gebruik van het elektrisch gereedschap dient
de batterij als volgt opgeladen te worden.
1. Sluit het netsnoer van het acculader op het
stopkontakt aan
Wanneer de stekker van de acculader in het stop-
kontakt wordt gestoken, zal het controlelampje in
rood knipperen (Met tussenpozen van 1 sekonde).
Tabel 4
Aanduidingen van het controlelampje
Brandt ongeveer 0,5 sekonde.
Brandt ongeveer 0,5 sekonde niet.
(Uit voor 0,5 seconde)
Blift branden
Brandt ongeveer 0,5 sekonde.
Brandt ongeveer 0,5 sekonde niet.
(Uit voor 0,5 sekonde)
Brandt ongeveer 1 sekonde.
Brandt ongeveer 0,5 sekonde niet.
(Uit voor 0,5 sekonde)
Knippert
Tijdens
opladen
Na opladen
Brandt
Knippert
Voor het
laden
Oververhitting
standby
Knippert
De batterij is oververhit. De
batterij kan niet opgeladen
worden (het opladen wordt
hervat wanneer de batterij
is afgekoeld).
Controlelampje
(rood)
(2) Batreffende de temperatuur van de oplaadbare
batterij
De temperatuur van oplaadbare batterijen verloopt
zoals aangegeven in de Tabel 5; batterijen die erg
warm zijn dient u voor het opladen even af te laten
koelen.
Tabel 5 Temperatuur voor opladen van baterijen
(3) Tijd die benodigd is voor het opladen
De oplaadtijden in de onderstaande Tabel 6 zijn
afhankelijk van de kombinatie van acculader en
batterij.
Tabel 6 Oplaadtijden (bij 20°C)
OPMERKING:
De tijd voor het opladen verschilt afhankelijk van
de omgevingstemperatuur en het spanningsvoltage.
4. Trek de stekker van het oplaadapparaat uit het
stopkontakt
5. Houd het oplaadapparaat stevig vast en trek de
batterij er uit
Chargeur
UC18YGL2
Oplaadbare batterijen
Ni-Cd batterijen
–5°C – 55°C
Ni-MH batterijen
–5°C – 50°C
Li-ion batterijen
0°C – 50°C
Chargeur
UC18YGL2
Batterij
EB1414S, EB1814SL
Circa. 35 min.
EB14B, EB1820L
Circa. 60 min.
EB1424, EB1824L
Circa. 70 min.
EB1426H, EB1826HL
Circa. 80 min.
EB1430H, EB1830HL
Circa. 90 min.
BCL1430, EBL1430, EBM1830
Circa. 90 min.
BCL1415, BCL1815
Circa. 40 min.