
21
21
Aanwijzing
•
Het bereik van de draadloze overdracht tussen het meet- en
basisstation bedraagt in open terrein maximaal 30 m.
•
Zorg er voor de montage voor dat de radiotransmissie niet
wordt beïnvloed door stoorsignalen of obstakels zoals
gebouwen, bomen, voertuigen, elektriciteitskabels, enz.
•
Zorg voor de definitieve installatie voor voldoende ontvangst
tussen de gewenste montagelocaties.
•
Zorg er bij het plaatsen van het meetstation voor dat het
tegen direct zonlicht en regen is beschermd.
•
De internationale standaardhoogte voor het meten van de
luchttemperatuur is 1,25 m boven de grond.
Waarschuwing
•
Zorg voor geschikt montagemateriaal als u het apparaat aan
de wand wilt monteren.
•
Vergewis u ervan dat er geen defecte of beschadigde
producten/componenten worden gemonteerd.
•
Tijdens de montage nimmer geweld of grote krachten
gebruiken. Dit kan het product beschadigen.
•
Controleer voordat u de houder monteert of de wand
geschikt is voor het gewicht dat u gaat aanbrengen en
controleer vervolgens of er zich op de montageplaats in
de wand geen elektrische kabels, water-, gas- of andere
leidingen bevinden.
•
Monteer het product niet op plaatsen waaronder zich
personen kunnen begeven.
5.1 Basisstation
•
Plaats het basisstation op een plat oppervlak met de standvoet
(24).
•
U kunt het basisstation ook aan een muur bevestigen met
behulp van de uitsparing (23) aan de achterkant.
5.2 Meetstation
•
U kunt het meetstation ook buitenshuis op een vlakke
ondergrond plaatsen.
•
Het wordt aanbevolen om het meetstation stabiel en stevig op
een buitenmuur te monteren.
•
Gebruik daarvoor geschikte pluggen en schroeven.
•
Hang het meetstation op met behulp van de hiervoor bestemde
uitsparing (27).
6. Gebruik en werking
6.1 Verbinding met het meetstation
•
Na het plaatsen van de batterijen, zoekt het basisstation
automatisch naar een verbinding met het meetstation en voert
de eerste instelling uit.
Aanwijzing
•
De eerste instelling duurt ongeveer 3 minuten.
•
Het radiosymbool meetstation (26) knippert tijdens de
verbindingspoging.
•
Vermijd elke bediening van de knoppen gedurende deze tijd!
Anders kunnen er fouten en onnauwkeurigheden optreden in
de waarden en de transmissie.
•
Het proces is voltooid zodra de meetgegevens voor binnen
(8) en buiten (2) worden weergegeven.
•
De gemeten waarde wordt ongeveer elke 58 seconden
automatisch bijgewerkt door het basisstation.
•
Als de temperatuurwaarde buiten het meetbereik valt,
dan toont het temperatuurdisplay LL.L (voor temperaturen
onder het meetbereik) of HH.H (voor temperaturen boven
het meetbereik).
•
Als er herhaaldelijk geen signaal van het meetstation
wordt ontvangen, houdt dan de
- knop (B) ongeveer
3 seconden ingedrukt om het handmatig zoeken naar het
signaal te starten.
Aanwijzing - foutieve overdracht van
meetwaarden
•
In sommige gevallen is het vanwege stoorsignalen, bijv. door
een wifi-netwerk, computer, televisie etc., mogelijk dat de
overdracht van de meetwaarden tussen het basis- en het
meetstation mislukt.
•
U kunt de stations opnieuw synchroniseren door de
batterijen van beide stations kortstondig te verwijderen en
opnieuw te plaatsen.
•
Als de meetwaarden opnieuw niet worden ontvangen,
vervang dan de batterijen door nieuwe.
•
Kies indien nodig een nieuwe locatie voor het basisstation
om mogelijke stoorsignalen in de toekomst te vermijden.
•
Het meetstation en het basisstation mogen maximaal 30 m
uit elkaar worden geplaatst.
•
Houd een afstand van minimaal 1 m tot de stoorsignalen
6.2 Automatische instelling via DCF-signaal
•
Nadat de binnen- en buitentemperatuur met succes tussen het
meet- en basisstation is overgedragen, gaat het weerstation (na
ca. 3 minuten) automatisch op zoek naar een DCF-signaal. Het
DCF-radiosymbool (15) knippert tijdens het zoekproces.
•
Zodra het radiosignaal wordt ontvangen, worden de datum en
tijd automatisch ingesteld. Dit kan nog eens 10 minuten duren.