
24
7. Meten
Waarschuwing
Overschrijd nooit de max. toegestane ingangswaarden voor
stroom en spanning. Grijp tijdens de meting niet verder dan
de voelbare markeringen op de meetpunten.
Gevaar voor een elektrische schok
Alleen de twee meetsnoeren die nodig zijn voor de meting
mogen op de meter worden aangesloten. Verwijder om
veiligheidsredenen alle onnodige meetsnoeren van de
meter.
7.1 Spanningsmeting "V"
Waarschuwing
Controleer voor elke spanningsmeting of de meter zich niet
in het stroom- of weerstandsmeetbereik bevindt.
Om gelijkspanningen "DC" te meten (V
) gaat u als volgt
te werk:
•
Schakel de "EM393B" in door de schakelaar op het
grootste meetbereik (300V=, DC) te zetten.
•
Steek de meetsnoeren in de meetaansluiting op basis van
de kleuren.
•
Sluit de twee meetpunten aan op het te meten object
(batterij, schakeling, etc.).
•
De rode meetpunt komt overeen met de positieve pool, de
zwarte meetpunt met de negatieve pool.
•
De respectieve polariteit van de meetwaarde wordt samen
met de huidige meetwaarde op het display weergegeven.
•
Afhankelijk van het resultaat kunt u nu het meetbereik
aanpassen door aan de knop te draaien.
•
Zodra er bij gelijkspanning een min "-" voor de gemeten
waarde verschijnt, is de gemeten spanning negatief (of zijn
de meetsnoeren verwisseld).
•
Verwijder na afloop van de meting de meetsnoeren
van het te meten object en schakel de "EM393B" uit
(draaischakelaar in stand "OFF").
•
Om wisselspanningen "AC" (V ~) te meten, gaat u als
volgt te werk:
•
Schakel de "EM393B" in zoals beschreven in
"Gelijkspanning meten" en selecteer het grootste
meetbereik (300V~, AC).
•
Sluit de twee meetpunten aan op het te meten object
(generator, schakeling, etc.).
•
De meetwaarde wordt weergegeven op het display.
•
Afhankelijk van het resultaat kunt u nu het meetbereik
aanpassen door aan de knop te draaien.
•
Verwijder na afloop van de meting de meetsnoeren
van het te meten object en schakel de "EM393B" uit
(draaischakelaar in stand "OFF").
7.2 Stroommeting "A"
Waarschuwing
•
De maximaal toelaatbare spanning mag niet hoger zijn
dan 300 V.
•
Metingen boven 200 mA mogen slechts gedurende
maximaal 10 seconden worden uitgevoerd en alleen met
een aansluitende meetpauze van ten minste 15 minuten.
Om gelijkstroom te meten (A
, DC) gaat u als volgt te
werk:
•
Steek het rode meetsnoer in de 10 A-meetaansluiting
(blauw, voor stromen > 200 mA) of in de rode
meetaansluiting (voor stromen <200 mA). Steek het zwarte
meetsnoer in de COM-meetaansluiting.
•
Kies het grootste meetbereik, d.w.z. 200mA voor kleine
gelijkstromen, daarboven zet u de keuzeschakelaar op 10A.
•
Sluit de twee meetpunten in serie aan op het te meten
object (batterij, schakeling, etc.); de respectieve polariteit
van de meetwaarde wordt samen met de huidige
meetwaarde op het display weergegeven.
•
Afhankelijk van het resultaat kunt u nu het meetbereik
aanpassen door aan de knop te draaien (in het geval:
gelijkstroom minder dan 20mA)
•
Verwijder na afloop van de meting de meetsnoeren
van het te meten object en schakel de "EM393B" uit
(draaischakelaar in stand "OFF").
Waarschuwing
•
Meet nooit stromen van meer dan 10 A in het 10
A-bereik, omdat dit de "EM393B" kan beschadigen, of
stromen van meer dan 200 mA in het mA-bereik, omdat
anders de interne microzekering doorbrandt.
•
Meting van wisselstromen is niet mogelijk met de
"EM393B"!
7.3 Weerstandsmeting "Ω"
Waarschuwing
Verzeker u ervan dat alle te meten schakelingen, circuits en
componenten alsmede andere te meten objecten absoluut
spanningsloos en ontladen zijn.
Summary of Contents for 00 223565
Page 2: ......
Page 3: ...1 2 5 3 4...
Page 69: ...66 1 1 3 5 2 3 COM 4 V mA 5 10 Hama 2 3 1 EM393B 1 1 9 4 25 35 III R...
Page 70: ...67 0 40 C 40 400 COM 300 5...
Page 75: ...72 0 40 C 40 400 Hz COM 300 V 5...
Page 79: ...76 1 1 3 5 2 3 COM 4 VmA 5 10 A Hama 2 3 1x EM393B 1x 1x 9 V 4 25 V AC 35 V DC III J...