181
Problemen oplossen
Als u problemen hebt met uw apparaat, moet u de probleemoplossing controleren voordat u de
klantenservice belt.
Als het apparaat niet werkt, controleer dan het volgende:
Of het apparaat stroom heeft.
Of de zekeringen in de behuizing intact zijn en de zekering in de stekker niet is
doorgeslagen.
De koelkast is niet uitgeschakeld.
Of het stopcontact goed werkt. Steek om dit te controleren de
stekker van een ander elektrisch apparaat in het stopcontact
om te zien of het stopcontact defect is.
Als het apparaat werkt, maar niet erg goed, controleer dan het volgende:
Het apparaat is niet overbelast.
De thermostaat is op de juiste temperatuur ingesteld.
De deuren sluiten goed.
Het koelsysteem aan de achterkant van het apparaat is schoon en stofvrij en raakt de
achterwand niet aan.
Er is genoeg ventilatie aan de zijkant en achterwanden.
Controleer het volgende als het apparaat veel geluid maakt:
Het apparaat staat waterpas en is stabiel.
De zijkant en achterwanden zijn vrij , en er staat niets op het apparaat.
Opmerking: Het koelgas in de koelkast kan een licht borrelend of gorgelend geluid
maken, zelfs als de compressor niet loopt.
Controleer het volgende als het apparaat piept:
Of de deuren gesloten zijn. Er klinkt een alarm na 60 seconden dat er een deur open
staat.
Als er ijs is gevormd op de achterwand van de koelkast:
Het is normaal dat er zich enkele ijsdruppels op de achterwand van de koelkast
vormen. Dit is geen defect van het apparaat.
Zorg ervoor dat er geen artikelen in de koelkast in contact zijn met de achterwand.