26
NL
26
Te weinig afwasmiddel gebruikt.
Het afwasmiddel heeft te weinig bleekwerking. Afwasmiddel met chloor gebruiken.
Er ontstaan verkleuringen op kunststof onderdelen
Te weinig afwasmiddel gebruikt.
Hoeveelheid glansspoelmiddel te laag ingesteld.
Ondanks een hoge hardheidsgraad van het leidingwater geen zout toegevoegd.
Onthardingsinstallatie te laag ingesteld.
Het deksel van het zoutreservoir is niet goed vastgedraaid.
Als u afwasmiddel zonder fosfaat hebt gebruikt, probeer dan eens afwasmiddel met ter vergelijking.
Er blijven gedeeltelijk witte vlekken op het serviesgoed achter, de glazen blijwen
melkkleurig
Programma zonder drogen gekozen.
Hoeveelheid glansspoelmiddel tr laag ingesteld.
Serviesgoed te snel uit het apparaat gehaald.
Het serviesgoed wordt niet droog
Hoeveelheid glansspoelmiddel te hoog ingesteld.
Op glazen en bestek blijven strepen achter, de glazen zien er metaalachtig uit.
Een ongeschikt afwasmiddel gebruikt.
De glazen zijn niet geschikt voor een afwasautomaat.
De glazen worden dof en verkleuren, de aanslag kan niet worden afgewreven
Het bestek is niet voldoende roestbestenddig.
Het zoutgehalte in het afwaswater is te hoog.
Roestsporen op het bestek
- Dwksel van het zoutreservoir niet goed vastgedraaid.
- Tijdens het navullen te veel zout toegevoegd.
Het afwasmiddel heeft te weinig bleekwerking.
Een te lage afwastemperatuur gekozen.
Resten thee of lippenstift zijn achtergebleven
Hoeveelheid glansspoelmiddel te laag ingesteld.
De glazen zien dof uit