Ne
de
rla
n
d
s
(NL)
26
3. Vervanging
1. Schakel de voedingsspanning naar de pomp uit
met de externe werkschakelaar. Het groene sig-
naallampje in de klemmenkast moet gedoofd zijn.
2. Verwijder het deksel van de klemmenkast.
3. Verwijder alle draden van de klemmenstrook.
4. Vervang de bestaande moduul in de klemmen-
kast door de nieuwe, zie afb.
Voor het demonteren/monteren van de drie weer-
gegeven schroeven, dient u de meegeleverde
schroevedraaier te gebruiken.
5. Vervang het aansluitschema in de deksel van de
klemmenkast door het schema dat met het
moduul is meegeleverd, zie afb.
6. Sluit de voedingskabels aan zoals in
(aan
het eind van deze instructies) is weergegeven.
7. Monteer de deksel van de klemmenkast.
8. Schakel de voedingsspanning in. Controleer de
juiste aansluitingen met de signaallampjes, zie
de tabel in paragraaf
Afb. 2
Afb. 3
Waarschuwing
Voordat het deksel van de klemmen-
kast wordt verwijderd, moet eerst de
voedingsspanning worden uitgescha-
keld. Deze mag niet per ongeluk weer
worden kunnen ingeschakeld.
TM
01
44
40
03
99
TM
01
01
56
06
97