GOK GWD, Assembly And Operating Manual

Page: 41 / 72

Grenswaardesensor GWG type GWD Schrift 1
Artikelnr. 15 382 78 b 5 / 12
VULNIVEAUS CONFORM EN 13616
Tabel 4:
Vulniveaus
De grenswaardesensor bestaat uit een in hoogte verstelbare
sondebuis. De GWG wordt met een inbouwelement verticaal in
de tank ingebouwd. Via een aansluitcomponent wordt de
verbindingsleiding van de overvulbeveiliging aan de tankwagen
aangesloten.
Vulniveau L
1
Bij dit niveau wordt het vullen onderbroken of sterk verminderd.
Het vulniveau wordt zo ingesteld, dat bij het legen van de
tankwagen en de vulleiding het vulniveau
L
2
niet overschreden
wordt. Vulniveau L
1
is de referentiemaat voor de instelmaat X .
Vulniveau L
2
Bij dit niveau wordt elke verdere toevoer van bedrijfsmedium
tijdens het vullen van een tank voor of bij het bereiken van het
maximale vulniveau L
max
van de grenswaardesensor
voorkomen.
Toegestaan vulniveau L
max
Niveau bij toegestane vulgraad conform Tabel 5 .
Markeringen op de grenswaardesensor
De grenswaardesensor is voorzien van twee markeringen:
•
Sondelengte Z in mm, permanent ingestempeld, met kerf,
moet na de inbouw herkenbaar zijn
•
Aanspreekpunt van de voeler bij L
1
.
De uit de tank uitstekende sondebuis moet
eventueel worden beschermd tegen mechanische belastingen,
bijv. druk, stoten of schokken.
CONTROLEMAAT Y = Z - X
Afstand tussen bovenste markering voor Z en bovenste referentierand tank.
Werking van een grenswaardesensor
Voor de werking van een grenswaardesensor wordt het principe van een
temperatuurafhankelijke elektrische PTC-weerstand - ook koudegeleider of sensor
genoemd - toegepast. Met de weerstand van de koudegeleider komt een stroom
tot stand. Is de GWG tijdens het vullen via een leiding verbonden met de
stuurinrichting van de vulbeveiliging aan de tankwagen, dan komt er spanning op
te staan. De koudegeleider warmt op. Door de temperatuurverandering wordt het
vrijgavesignaal afgegeven en de stuurinrichting opent de afsluiter aan de
tankwagen. Zodra de uitlopende vloeistof in aanraking komt met de koudegeleider
op vulniveau L
1
in de tank, dan koelt de koudegeleider af en de elektrische
weerstand verandert. Deze verandering van de weerstand zorgt voor een
verandering van de stroom in het GWG-stroomcircuit. Daardoor beëindigt de
stuurinrichting het vullen direct door de afsluiter aan de tankwagen te sluiten.
Het vullen moet uiterlijk worden beëindigd bij het bereiken van het
maximaal toegestane afgiftevolume, dat voorafgaandelijk door de tankwagenchauffeur
bepaald is! Het is niet toegestaan om de tank opzettelijk te vullen tot aan uitschakeling door
de grenswaardesensor bij bereiken van de toegestane vulgraad.