23
8.
vergrendelen.
Nu is de drukknop vergrendeld en hoeft u de
drukknop niet vast te houden om te sproeien.
9.
Voor het afstellen van de sproeier (11) draait u de
sproeier met de klok mee resp. tegen de klok in,
afhankelijk van het gewenste sproeipatroon.
10.
Til na het werk het veiligheidsventiel (2) op om de
druk in de drukspuit te laten ontsnappen.
Tips:
Controleer de drukspuit voor elk gebruik visueel op beschadigingen en
gebruik het apparaat niet als er duidelijke gebreken zijn.
Laat de drukspuit niet gedurende lange tijd onbeheerd achter wanneer deze
vol en onder druk staat.
Reiniging en opslag
Reinig na elk gebruik de spuit en alle onderdelen met helder water en een
mild reinigingsmiddel. Hierdoor voorkomt u chemische reacties door het
gebruik van verschillende vloeistoffen.
Vul de tank met helder water en gebruik de spuit totdat er helder water uit
de sproeikop komt. Gebruik geen agressieve chemicaliën of schuurmiddelen
om het apparaat te reinigen.
Bewaar de spuit altijd in een droge en vorstvrije ruimte. Achtergebleven
water in het apparaat kan schade veroorzaken.
Laat de drukspuit bij opslag open staan.
Gooi restvloeistoffen niet in de riolering.
Demonteer het apparaat niet en probeer het niet zelf te repareren. Neem
bij vragen of problemen contact op met onze klantenservice.
Technische gegevens
Tankinhoud: 5 l
Sproeiafstand (drukafhankelijk):
Tot ca. 1,60 m
Slanglengte:
130 cm
Lengte lans:
40 - 70 cm
Afmetingen:
Ø 18 x 40 cm
Gewicht:
990 g
Max. toegestane bedrijfstemperatuur:
40° C
Toelaatbare werkdruk:
3 bar
