nl
Home Connect
52
nageleefd wanneer u het apparaat
via de Home Connect app bedient.
→
¡
De bediening aan het apparaat
heeft altijd voorrang. Gedurende
deze tijd is de bediening via de
Home Connect app niet mogelijk.
Apparaat met WLAN-thuisnet-
werk (Wi-Fi) met WPS-functie
verbinden
Heeft uw router een WPS-functie, dan
kunt u het apparaat automatisch met
uw WLAN (Wi-Fi) thuisnetwerk verbin-
den.
1.
indrukken.
a
De temperatuurindicatie geeft
weer.
2.
Zo vaak op drukken tot de tem-
peratuurindicatie toont.
3.
indrukken.
a
De temperatuurindicatie toont ge-
durende 2 minuten een animatie.
Het apparaat is gereed voor de au-
tomatische verbinding met het
WLAN-thuisnetwerk (Wi-Fi).
4.
In deze tijd de WPS-functie op de
router inschakelen.
Houd hiervoor de informatie aan in
de documentatie van uw router.
a
Bij een succesvolle verbinding
knippert
in de temperatuurindi-
catie.
5.
Als de temperatuurindicatie
toont, kon het apparaat geen ver-
binding met het WLAN-thuisnet-
werk (Wi-Fi) maken.
‒
Controleer of het apparaat zich
binnen het bereik van het
WLAN-thuisnetwerk (Wi-Fi) be-
vindt.
‒
Het proces herhalen of handma-
tig verbinding maken
→
.
6.
Het apparaat met de Home Con-
nect app verbinden. →
Apparaat met WLAN-thuisnet-
werk (Wi-Fi) zonder WPS-functie
verbinden
Heeft uw router geen WPS-functie,
dan kunt u het apparaat handmatig
met uw WLAN-thuisnetwerk (Wi-Fi)
verbinden. Het apparaat bouwt in
korte tijd een eigen WLAN-netwerk
op. U kunt met een mobiel eindappa-
raat verbinding maken met het Wi-Fi-
netwerk en de netwerkinformatie van
het WLAN-thuisnetwerk (Wi-Fi) aan
uw apparaat overdragen.
Voorwaarde:
De Home Connect app
is op het mobiele eindapparaat geïn-
stalleerd.
1.
indrukken.
a
De temperatuurindicatie geeft
weer.
2.
Zo vaak op drukken tot de tem-
peratuurindicatie
toont.
3.
indrukken.
a
Het apparaat bouwt een eigen Wi-
Fi-netwerk met de netwerknaam
"HomeConnect" op.
a
De temperatuurindicatie toont een
animatie. Het apparaat is gereed
voor de handmatige verbinding
met het WLAN-thuisnetwerk (Wi-Fi).
4.
De instructies in de Home Connect
app op het mobiele eindapparaat
volgen.
a
De netwerkinformatie van het
WLAN-thuisnetwerk (Wi-Fi) wordt
op het apparaat overgedragen.
a
Bij een succesvolle verbinding
knippert
in de temperatuurindi-
catie.
5.
Als de temperatuurindicatie
toont, kon het apparaat geen ver-
binding met het WLAN-thuisnet-
werk (Wi-Fi) maken.