7
overkoken of verbranden te vermijden. Roer af en toe goed om
een glad mengsel te verkrijgen. Indien u toch merkt dat de
temperatuur niet hoog genoeg is, kan u de thermostaat wat hoger
zetten.
•
Wij raden u aan de fondue te laten opwarmen terwijl u de verdere
voorbereidingen treft.
•
Het controlelampje brandt zolang de gewenste temperatuur nog
niet bereikt is. Zodra de gewenste temperatuur bereikt is, dooft
het controlelampje. U kan nu fonduen.
Opmerking: tijdens het gebruik gaat het controlelampje steeds
aan en uit. Dit betekent dat de thermostaat correct werkt.
•
Prik de gewenste ingrediënten op de fonduevorkjes en laat ze in
de fonduepot zakken. Hou ze nauwlettend in het oog zodat ze
niet verbranden of overgaar worden. Kras niet met de
fonduevorkjes in de fonduepot, hiermee zou u de fonduepot
kunnen beschadigen.
•
Zodra de ingrediënten gaar zijn, haal ze uit de fonduepot. Na het
fonduen, zet de thermostaatknop op de laagste stand en trek de
stekker uit het stopcontact.
REINIGING
•
Laat de fondue eerst volledig afkoelen.
•
Giet dan de olie of bouillon weg. Restanten van kaas of
chocolade verwijdert u best eerst met wat keukenpapier.
•
U kan nu de fonduepot, alsook de vorkjes en fonduering in de
vaatwasser reinigen, of met de hand afwassen. Gebruik in dit
geval geen schuursponsjes of schuurmiddelen.
•
NOOIT de basis met snoer in water of andere vloeistoffen
dompelen. Reinig de basis van het toestel regelmatig met een
vochtige doek en droog deze na met een droge doek.