8
Beveiligingen
De kachel is voorzien van een
omvalbeveiliging
die hem uitschakelt wanneer het
onverhoeds om mocht vallen. Wanneer u hem vervolgens weer rechtop zet hervat het zijn
werking, maar schakel hem eerst uit, neem de stekker uit het stopcontact en controleer de
kachel op beschadigingen. Bij beschadiging of afwijkend functioneren niet gebruiken maar ter
controle/reparatie aanbieden!
De oververhittingbeveiliging
schakelt het kacheltje uit wanneer het inwendig te heet wordt.
Dat kan gebeuren wanneer het kacheltje zijn warmte onvoldoende kan afgeven of te weinig
frisse lucht kan aanzuigen. Doorgaans is de oorzaak dus (gedeeltelijke) afdekking van het
kacheltje, verstopping van de aanzuig- en/of uitblaasroosters, plaatsing te dicht bij bijv. een
muur enz. Als het kacheltje voldoende is afgekoeld zal het in principe automatisch zijn
werking hervatten, maar als u de oorzaak niet wegneemt zal de uitschakeling zich
waarschijnlijk herhalen. Regelmatige oververhitting kan tot onherstelbare schade leiden.
Wanneer de oververhittingbeveiliging het kacheltje uitschakelt dient u de hoofdschakelaar op
O (uit) te zetten, de stekker uit het stopcontact te nemen en het kacheltje gelegenheid te
geven om af te koelen. Neem nu de oorzaak van de oververhitting weg en neem het
kacheltje weer normaal in gebruik. Wanneer u geen oorzaak voor de oververhitting kunt
vinden en het probleem blijft zich voordoen, gebruik de kachel dan niet meer maar biedt hem
aan ter controle/reparatie.
Schoonmaak en Onderhoud
Houd het kacheltje schoon. Neerslag van stof en vuil in het apparaat is een
veelvoorkomende reden van oververhitting! Verwijder dat dus geregeld. Schakel voor
schoonmaak- of onderhoudswerk het kacheltje uit, neem de stekker uit het stopcontact en
laat het kacheltje afkoelen.
Neem de buitenzijde van het kacheltje regelmatig af met een droge of goed-
uitgewrongen vochtige doek. Gebruik geen scherpe zeep, sprays, schoonmaak- of
schuurmiddelen, was, glansmiddelen of enige chemische oplossing!
Zuig met de stofzuiger voorzichtig stof en vuil uit de roosters en controleer of de
luchtinlaat- en uitblaasopeningen schoon zijn. Let erop tijdens het schoonmaken op geen
inwendige onderdelen aan te raken c.q. te beschadigen!
De kachel bevat verder geen onderdelen die onderhoud behoeven.
Ruim aan het eind van het seizoen het kacheltje schoon op, z.m. in de originele
verpakking. Plaats het rechtop op een koele, droge en stofvrije plaats.
Wanneer het kacheltje uiteindelijk versleten (of eerder onherstelbaar beschadigd)
is, hoort het niet tussen het huishoudelijke afval. Breng het naar een door uw
gemeente aangewezen inzamelpunt van elektrische apparatuur, waar men er
zorg voor zal dragen dat evt. nog het te gebruiken materialen tot hun bestemming
komen.