![EtiamPro HAA52N User Manual Download Page 10](http://html.mh-extra.com/html/etiampro/haa52n/haa52n_user-manual_2433124010.webp)
HAA52N
V. 03
–
08/06/2020
10
©Velleman nv
4.2
Jumperinstellingen
LED
AAN
Led is ingeschakeld
ON = alarm ingeschakeld.
FLASH = inschakelprocedure.
OFF
Led is uitgeschakeld. Heeft geen invloed op de prestaties
van de detector.
MODE
S
Standaard signaalverwerking met wisselende polariteit,
geschikt voor een stabiele omgeving.
P
Dubbele signaalverwerking met wisselende polariteit,
geschikt voor een omgeving met wisselende
eigenschappen.
ALARM
NC
Dit uitgangscontact is normaal gesloten. Het relais trekt
doorgaans aan.
NO
Dit uitgangscontact is normaal open. Het relais valt
doorgaans af.
5.
Gebruik
5.1
Montageplaats
•
De detector kan op een effen oppervlak of in een hoek
gemonteerd worden. Plaats het toestel echter altijd op een
stevige ondergrond.
•
De detector moet binnenshuis gemonteerd worden, in een
ruimte zonder openingen en die niet constant aan invloeden
van de buitenlucht onderhevig zijn.
•
Kies de locatie voor de montage van de detector zorgvuldig,
zodat elke beweging van een eventuele inbreker binnen het
detectiebereik valt.
•
Monteer de detector niet op plaatsen waar hij blootgesteld
wordt aan warme- of koudeluchtstromen.
•
Zorg ervoor dat de detector niet naar het buizenstel van
verwarming- of airconditioningsystemen is gericht, noch
naar metalen buitenmuren, buitenramen of gordijnen die
buitenramen verbergen, de verdamper van een koelkast of
diepvrieskast, of om het even welk ander oppervlak dat aan
temperatuurschommelingen onderhevig is.
•
Probeer er eveneens op toe te zien dat men geen grote
voorwerpen vóór de detector plaatst; deze kunnen immers
een belangrijke invloed hebben op de bewakingsruimte, of
althans op het volume ervan.
•
Kies een montageplaats die het mogelijk maakt de detector
in een hoek van 45° te plaatsen ten opzichte van de
overtreder. Monteer de detector op een hoogte van 2~3 m.