Nederlands
- 52 -
De gevonden zenders worden opgeslagen in de
zenderlijst.
Handmatige service update:
Start een service update
handmatig.
LCN:
Stel uw voorkeur in voor LCN. LCN is het Lo-
gical Channel Number systeem dat de beschikbare
uitzendingen organiseert in overeenstemming met
een herkenbare zendersequentie (indien beschikbaar).
Zender scantype:
Stel uw scantype voorkeur in.
Zender opslagtype:
Stel uw opslagtype voorkeur in.
Favoriet netwerk selectie:
Selecteer uw favoriete
netwerk. Deze menu-optie zal actief zijn als meer dan
een netwerk beschikbaar is.
Zender overslaan:
Stel zenders in die u wilt overslaan
wanneer u schakelt tussen de zenders met de knoppen
Pro/-
op de afstandsbediening. Markeer
de gewenste zenders op de lijst en druk op
OK
om te
selecteren/deselecteren.
Zender omschakelen:
Vervang de posities van de
twee geselecteerde zenders in de zenderlijst. Markeer
de gewenste zenders in de lijst en druk op
OK
om te
selecteren. Als de tweede zender wordt geselecteerd,
wordt de positie van deze zender vervangen met de
positie van de eerste geselecteerde zender. U moet
de
LCN
-optie instellen op
UIT
of
Standaard
om deze
functie in te schakelen.
Zender verplaatsen:
Een zender verplaatsen naar
de positie van een andere zender. Markeer de zender
die u wilt verplaatsen en druk op
OK
om te selecteren.
Volg deze procedure ook voor een tweede zender. Als
de tweede zender wordt geselecteerd, wordt de eerst
geselecteerde zender verplaatst naar de positie van
die zender. U moet de
LCN
-optie instellen op
UIT
of
Standaard
om deze functie in te schakelen.
Zender bewerking:
Zenders bewerken in de zen-
derlijst. Bewerk de naam en het zendernummer van
de geselecteerde zender en geef de
Naam van het
netwerk, de Frequentie, het Kleursysteem
en
Ge-
luidssysteem
gegevens in voor de R zender, indien
beschikbaar. Afhankelijk van de zender kunnen an-
dere opties worden bewerkt. U kunt de
Blauwe
knop
indrukken om de gemarkeerde zender te verwijderen.
Analoge zender fijnafstemming:
Een analoge zender
fijnafstemmen. Er verschijnt een lijst van de beschikba
-
re analoge zenders. Selecteer de gewenste zender in
de lijst en druk op
OK
. Verander de frequentie van de
zender door de Linkse/Rechtse navigatietoetsen in te
drukken. Druk op
OK
om de nieuwe frequentie voor die
zender op te slaan. Druk
Terug
om te annuleren. Dit
item is mogelijk niet zichtbaar, afhankelijk van het feit of
de laatste weergegeven zender al of niet analoog was.
Zenderlijst wissen:
Verwijder alle zenders die zijn
opgeslagen in de zenderlijst van de geselecteerde
zender installatiemodus. Een dialoogvenster verschijnt
voor bevestiging. Markeer
OK
en druk op
OK
om
door te gaan. Markeer
Annuleren
en druk op
OK
om
te annuleren.
Zender installatiemodus - Kabel
Automatische kanaalscan:
Start een scan voor
analoge en digitale kabelzenders. Indien beschikbaar
worden de operator opties vermeld. Selecteer de ge-
wenste optie en druk op
OK
.
De Scanmodus
,
Zender
scantype
,
Frequentie en
Netwerk ID
opties kunnen
beschikbaar zijn.
De opties kunnen variëren naar-
gelang de operator en de Scanmodus selecties.
Stel de Scanmodus in als Volledig als u niet weet
hoe u de andere opties kunt configureren.
Markeer
Scan en druk op OK om de scan te starten.
U kunt
de knop Terug indrukken
om de scan te annuleren.
De zenders die al zijn gevonden, worden opgeslagen
in de zenderlijst.
Enkele RF-scan:
Voer de
Frequentiewaarde
in.
Het niveau en de kwaliteit van het Signaal van de
geselecteerde frequentie worden weergegeven.
Markeer
de
Scan optie en druk op OK om de scan
te starten.
De gevonden zenders worden opgeslagen
in de zenderlijst.
LCN:
Stel uw voorkeur in voor LCN. LCN is het Lo-
gical Channel Number systeem dat de beschikbare
uitzendingen organiseert in overeenstemming met
een herkenbare zendersequentie (indien beschikbaar).
Zender scantype:
Stel uw scantype voorkeur in.
Zender opslagtype:
Stel uw opslagtype voorkeur in.
Favoriet netwerk selectie:
Selecteer uw favoriete
netwerk. Deze menu-optie zal actief zijn als meer dan
een netwerk beschikbaar is. Sommige opties zijn mo-
gelijk niet beschikbaar afhankelijk van de landselectie
tijdens de
eerste installatie.
Zender overslaan:
Stel zenders in die u wilt overslaan
wanneer u schakelt tussen de zenders met de knoppen
Pro/-
op de afstandsbediening. Markeer
de gewenste zenders op de lijst en druk op
OK
om te
selecteren/deselecteren.
Zender omschakelen:
Vervang de posities van de
twee geselecteerde zenders in de zenderlijst. Markeer
de gewenste zenders in de lijst en druk op
OK
om te
selecteren. Als de tweede zender wordt geselecteerd,
wordt de positie van deze zender vervangen met de
positie van de eerste geselecteerde zender. U moet
de
LCN
-optie instellen op
UIT
of
Standaard
om deze
functie in te schakelen.
Zender verplaatsen:
Een zender verplaatsen naar
de positie van een andere zender. Markeer de zender
die u wilt verplaatsen en druk op
OK
om te selecteren.
Volg deze procedure ook voor een tweede zender. Als
de tweede zender wordt geselecteerd, wordt de eerst
geselecteerde zender verplaatst naar de positie van
die zender. U moet de
LCN
-optie instellen op
UIT
of
Standaard
om deze functie in te schakelen.