50
5. Controleer vóór het starten of het snijgarnituur geen
contact maakt met enig voorwerp.
Gebruiksmethode
1. Gebruik het gereedschap alleen bij goed licht en zicht.
Wees in de winter bedacht op gladde of natte
plaatsen, ijs en sneeuw (gevaar voor uitglijden). Zorg
er altijd voor dat u stevig staat.
2. Wees voorzichtig uw handen en voeten niet te
verwonden aan het snijgarnituur.
3. Sta nooit op een ladder met draaiend gereedschap.
4. Klim nooit in een boom om daar met het gereedschap
te werken.
5. Werk nooit op onstabiele oppervlakken.
6. Verwijder zand, stenen, nagels, enz. die u binnen uw
werkbereik vindt. Vreemde voorwerpen kunnen het
snijgarnituur beschadigen en gevaarlijke terugslagen
veroorzaken.
7. Als het snijgarnituur stenen of andere objecten raakt,
moet u de motor onmiddellijk uitschakelen en het
snijgarnituur controleren.
8. Controleer het snijgarnituur regelmatig op
beschadiging (inspecteren op haarscheurtjes met de
klopgeluidentest).
9. Voordat u begint te werken, moet het snijgarnituur op
maximaal toerental draaien.
10. Het snijgarnituur moet zijn uitgerust met de
bijbehorende beschermkap. Gebruik het gereedschap
nooit met een beschadigde beschermkap of zonder
aangebrachte beschermkap!
11. Alle beschermende installaties en beschermkappen
die bij het gereedschap zijn geleverd, moeten tijdens
de werking worden gebruikt.
12. Verwijder altijd de accu uit het gereedschap:
- iedere keer als u het gereedschap onbeheerd
achterlaat;
- voordat u een verstopping opheft;
- voordat u het gereedschap controleert, reinigt of er
werkzaamheden aan gaat verrichten;
- na het raken van een vreemd voorwerp;
- als het gereedschap op ongebruikelijke manier
begint te trillen.
13. Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen altijd vrij zijn
van vuil.
Snijgarnituren
1. Gebruik uitsluitend het juiste snijgarnituur voor de
geplande werkzaamheden.
Onderhoudsinstructies
1. De toestand van het gereedschap, met name van het
snijgarnituur en de veiligheidsuitrusting, moeten
worden gecontroleerd voor aanvang van de
werkzaamheden.
2. Schakel de motor uit en verwijder de accu voordat u
onderhoudswerkzaamheden uitvoert, het snijgarnituur
vervangt, of het gereedschap of de snijgarnituur
schoonmaakt.
3. Controleer loszittende bevestigingen en beschadigde
onderdelen, zoals scheuren in de snijhulpstukken.
4. Volg de instructies voor het smeren en verwisselen
van accessoires.
5. Als een gereedschap niet wordt gebruikt, dient dit
binnen te worden opgeborgen op een droge, hoge of
afgesloten plaats, buiten het bereik van kinderen.
Onderhoud het gereedschap en maak het schoon
voordat u het opbergt.
6. Gebruik uitsluitend de door de fabrikant aanbevolen
vervangingsonderdelen en accessoires.
7. Inspecteer en onderhoud het gereedschap regelmatig,
met name vóór en na gebruik. Laat het gereedschap
alleen repareren door een erkend servicecentrum.
8. Houd de handgrepen droog, schoon en vrij van olie en
vetten.
BEWAAR VOOR LATERE
NASLAG
WAARSCHUWING:
Laat u NIET misleiden door een vals gevoel van
comfort en bekendheid met het gereedschap (na
veelvuldig gebruik) en neem alle
veiligheidsvoorschriften van het betreffende product
altijd strikt in acht. VERKEERD GEBRUIK of het niet
volgen van de veiligheidsinstructies in deze
gebruiksaanwijzing kan leiden tot ernstig persoonlijk
letsel.
Algemene
veiligheidswaarschuwingen voor
elektrisch gereedschap
GEA010-1
WAARSCHUWING Lees alle
veiligheidswaarschuwingen en alle instructies.
Het
niet volgen van de waarschuwingen en instructies kan
leiden tot elektrische schokken, brand en/of ernstig letsel.
Bewaar alle waarschuwingen en
instructies om in de toekomst te
kunnen raadplegen.
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
ACCUHEGGENSCHAAR
GEB062-4
1.
Houd het elektrisch gereedschap alleen vast bij
het geïsoleerde oppervlak omdat de
messenbladen met verborgen bedrading in
aanraking kunnen komen.
Wanneer de
messenbladen in aanraking komen met onder
spanning staande draden, zullen de niet-geïsoleerde
metalen delen van het gereedschap onder spanning
komen te staan zodat de gebruiker een elektrische
schok kan krijgen.
2.
Houd alle lichaamsdelen uit de buurt van de
messenbladen. Verwijder geen snoeiafval en houd
geen materiaal om te snoeien vast terwijl de
messenbladen bewegen. Zorg ervoor dat de aan/
uit-schakelaar in de uit-stand staat voordat u
vastgeklemd materiaal vanaf de messenbladen
verwijdert.
Een ogenblik van onoplettendheid kan
tijdens het gebruik van de heggenschaar leiden tot
ernstig persoonlijk letsel.
3.
Draag de heggenschaar aan het handvat met
stilstaande messenbladen. Bij het transporteren of
opbergen van de heggenschaar moet altijd de
schede om de messenbladen worden gedaan.
Door op de juiste manier met de heggenschaar om te