CMi C-EKS-2000/35, Original Instructions Manual

Page: 172 / 224

NL
172
Plat op de grond liggende stammen
– Zaag de stam tot de helft in, daarna aan
de andere kant doorzagen.
Ondersteunde stammen
Wij raden aan door te zagen stammen op
zaagbokken te ondersteunen. Als dit niet
mogelijk is, moet de stam met behulp van de
ondersteunende takken of via steunblokken
worden opgetild en ondersteund.
Binnen bereik A eerst tot ca. een derde van
de stamdiameter van boven naar beneden
toe zagen, daarna de afsluitende zaagsnede
van onder af naar boven toe uitvoeren. Bin-
nen bereik B eerst tot ca. een derde van de
stamdiameter van onder af naar boven
zagen, daarna van boven af doorzagen.
Verwijderen van takken
• Werk altijd aan de tegenoverliggende
zijde van de tak.
• Begin onder aan de stam en werk naar
boven toe.
• Leid de zaag altijd van boven naar bene-
den door het hout heen.
Bij het snoeien van liggende stammen eerst
altijd de vrij in de lucht stekende takken afza-
gen. Ondersteunende takken pas afzagen,
wanneer de stam in lengtestukken is
gezaagd.
Reiniging en onderhoud
Reinigings- en onderhoudsoverzicht
Na elk gebruik
Regelmatig, afhankelijk van de gebruiks-
omstandigheden
Reiniging
Apparaat reinigen
– Grof vuil verwijderen.
– Veeg het apparaat schoon met een licht
vochtige doek.
GEVAAR! Gevaar voor letsel!
Zaag de boomstam nooit volledig
door. Het bereik dient als „scharnier“
en zorgt voor een gecontroleerde val-
richting.
GEVAAR! Gevaar voor letsel! Stel
u tijdens het kappen uitsluitend aan
de zijkant van de te kappen boom op!
Er bestaat gevaar van levensge-
vaarlijke verwondingen!
LET OP! Schade aan het apparaat!
Controleer of het zaagblad tijdens het
doorzagen van de stam geen contact
maakt met de grond!
GEVAAR! Gevaar voor letsel!
Zaag geen onder spanning staande
stammen! Versplinterend hout of een
scheef zaagblad kunnen ernstig letsel
veroorzaken!
A B
GEVAAR! Gevaar voor letsel! Tak-
ken die omhoog of onder spanning
staan, kunnen de zaagketting in het
hout vastklemmen!
GEVAAR! Gevaar voor letsel! Vóór
ieder onderhoud en/of reiniging:
– Netstekker uittrekken.
– Apparaat laten afkoelen.
GEVAAR! In het belang van uw
eigen veiligheid!
Voer alleen de hier
beschreven onderhoudswerkzaam-
heden zelf uit.
Alle andere werkzaamheden, in het
bijzonder het onderhoud aan de
motor en reparaties, moeten door een
opgeleide vakman worden uitge-
voerd. Ondeskundige werkzaamhe-
den kunnen leiden tot schade aan het
apparaat en kans op letsel veroorza-
ken.
Wat? Hoe?
Apparaat reinigen.
►
Apparaat reini-
gen – p. 172
Wat? Hoe?
Zaagketting bijspan-
nen.
►
Zaagketting
bijspannen – p. 173
Oliegeleidingsgroef
van het zaagblad rei-
nigen.
►
Oliegeleidings-
groef van het zaag-
blad reinigen – p. 173
Zaagketting naslij-
pen.
►
Zaagketting naslij-
pen – p. 173