34
35
• Gebruik de rem iedere keer dat je stopt.
• Sta het kind niet toe op de boodschap-
penmand te gaan staan. Behalve dat de
wandelwagen erdoor kan kantelen, kan
de mand stukgaan en het kind verwon-
den.
• Om gevaar voor wurging te voorkomen,
mag je het kind geen voorwerpen met
touwen geven of deze binnen het bereik
van het kind laten liggen.
• Als je de wandelwagen gedurende lange
tijd in de zon laat staan, wacht dan tot
hij afgekoeld is voordat je het kind erin
zet. Door lang in de zon te staan, kun-
nen de materialen en stoffen van kleur
veranderen.
• Zorg ervoor dat andere kinderen niet
zonder toezicht in de buurt van de wan-
delwagen spelen of erop klimmen.
• De regenbekleding mag niet zonder kap
of zonnekap op de wandelwagen worden
gebruikt, omdat het kind hierdoor kan
stikken.
• Zorg dat de wandelwagen niet in aanra-
king komt met zout water, om roest te
voorkomen.
• Gebruik de wandelwagen niet op het
strand.
• Als de wandelwagen niet wordt gebruikt,
dient hij buiten het bereik van kinderen
te worden gehouden.
GEBRUIKSAANWIJZING
INHOUDSOPGAVE
1.
Reinigings- en onderhoudstips.
- Reinigen (1.1)
- Onderhoud (1.2)
2.
Algemene instructies.
- Montage van de voorwielen (2.1)
- Openen (2.2)
- Gebruik van de veiligheidsgordels (2.3)
- De rugleuning afstellen (2.4)
- De voetensteun afstellen (2.5)
- Achterste remmen (2.6)
- Zwenkende voorwielen (2.7)
- Zomer – winterkap (2.8)
- De wandelwagen opplooien (2.9)
- Afneembaarheid bekleding (2.10)
- De bekleding aanbrengen (2.11)
3.
Lijst met accessoires.
- Boodschappenmand (3.1)
- Regenbekleding (3.2)
- Voetenzak - voetenbekleding (3.3)
- Stootbeugel (3.4)
4.
Autostoeltje
1. REINIGINGS- EN ONDERHOUDSTIPS
Dit artikel heeft geregeld onderhoud nodig. Reinigings- en onder-
houdswerkzaamheden mogen alleen door een volwassene wor-
den verricht.
1.1 REINIGEN
De bekleding kan van de wandelwagen genomen worden (raad-
pleeg het hoofdstuk “Afneembaarheid bekleding”). Zie de waseti-
ketten om de stoffen gedeeltes te wassen.
Geen oplos- of schuurmiddelen gebruiken.
Vervolgens worden de wassymbolen met hun betekenis weerge-
geven.
Met koud water met de hand wassen
Niet bleken
Niet in de droogtrommel drogen
Niet strijken
Niet chemisch laten reinigen
Reinig de kunststof delen regelmatig met een vochtige doek. Na
eventuele aanraking met water moeten de metalen delen afge-
droogd worden om roestvorming te voorkomen.
1.2 ONDERHOUD
Smeer de bewegende delen indien nodig in met droge siliconen-
olie. Controleer periodiek de slijtagestaat van de wielen en houd
ze vrij van stof en zand. Verzeker je ervan dat de kunststof delen,
die over de metalen buizen lopen, vrij zijn van stof, vuil en zand om
wrijving te voorkomen, wat de goede werking van de wandelwa-
gen kan schaden. Berg de wandelwagen op een droge plaats op.
2. ALGEMENE INSTRUCTIES
2.2 MONTAGE VAN DE VOORWIELEN
1. Breng het voorwiel aan door de speciale pin van het frame op de
hiervoor bestemde plaats te steken tot je een klik hoort ten teken
dat het vastzit (fig. 1). Herhaal deze handeling bij het andere wiel.
LET OP: verzeker je er voor het gebruik van dat de wielen goed zijn
vastgezet door er stevig aan te trekken.
2. Om de dichtgeklapte wandelwagen kleiner te maken, kunnen
de twee groepen voorwielen worden gedemonteerd. Om dit te
doen, trek je aan de speciale hendel onder de wielgroep (fig. 2) en
neem je tegelijkertijd de wielgroep weg.
2.2 DE WANDELWAGEN OPENPLOOIEN
LET OP: let er bij deze handeling op dat het kind en eventuele an-
dere kinderen zich op een veilige afstand bevinden. Verzeker je er
tijdens deze fase van dat de bewegende delen van de wandelwa-
gen niet in aanraking komen met het lichaam van het kind.
3. Open de sluitingshaak en duw de voorkant van de wandelwa-
gen naar voren (fig. 3).
Controleer tijdens het openen, of de rugleuning op de stand staat
zoals in figuur 4A en niet zoals in figuur 4B.
4. Duw de achterste kruiskoppeling met de voet omlaag (fig. 5).
Verzeker je ervan dat de wandelwagen goed geopend en correct
vergrendeld is.
LET OP: verzeker je er voor het gebruik van dat de wandelwagen
op de open stand vergrendeld is, door te controleren of de achter-
ste kruiskoppeling inderdaad geblokkeerd is (fig. 6), en controleer
hiervoor of het groene hangslotje te zien is. (fig. 6A).
Als de kruiskoppeling niet goed geblokkeerd is, is een open hang-
slotje met oranje uitroepteken te zien (fig. 6B).
2.3 GEBRUIK VAN DE VEILIGHEIDSGORDELS
De wandelwagen is uitgerust met een veiligheidssysteem met
vijf verankeringspunten bestaande uit twee banden aan de rug-
leuning, twee afstelknoopsgaten, een buikgordel en een tussen-
beenstuk met gesp.
LET OP: om ze te gebruiken voor kinderen vanaf de geboorte tot
ongeveer 6 maanden moeten de schouderbanden eerst door de
twee afstelopeningen worden gehaald.
5. Regel de hoogte van de banden aan de rugleuning door ze in-
dien nodig door het afstelknoopsgat te halen, zoals getoond in
30° C
Summary of Contents for LiteWay Plus
Page 4: ...4 4A 2 1 4B 6 6A 6B 3 5 7 7A 7B ...
Page 5: ...5 7C 10 11 8 9 12 13 16 14 17 18A 15 ...
Page 6: ...6 18C 18B 19B 23A 23B 23C 21 19A 20A 22 20B 23 ...
Page 7: ...7 24 26 28 29A 27C 29B 30 31 27A 27B 25A 25B ...
Page 8: ...8 32 35 38 41 36 39 42A 42B 40 37 33 34 ...
Page 9: ...9 42C 43 44 43C 43B 43A ...
Page 75: ...NOTE 75 ...