NL
7. ONREGELMATIGHEID
NOTITIE
Bovenstaande storingen worden slechts ter informatie gegeven en blijven virtueel. Neem bij twijfel contact
op met uw dealer.
ANOMALY
OORZAKEN
UITLEG
Het apparaat werkt niet, het
controlelampje
verwarming
gaat niet branden.
> De stroomkabel is niet aangesloten.
>
De
voedingszekering
is
doorgeslagen.
> De voedingseenheid werkt niet.
>
De
veiligheidsthermostaat
is
geactiveerd.
>
De
veiligheidsthermostaat
is
beschadigd.
> Sluit de voedingskabel correct
aan.
> Controleer al uw zekeringen.
> Controleer de locatie van de doos.
> Druk op de resetknop in de doos.
> Neem contact op met uw dealer.
Het apparaat staat aan, maar
warmt
niet
op.
Het
verwarmingsindicatielampje
blijft uit.
>
De
veiligheidsthermostaat
is
opgestart.
> De weerstand werkt niet meer.
> Contact met het beschadigde
verwarmingselement.
Neem contact op met uw dealer.
De
gevraagde
temperatuur
wordt niet bereikt.
Thermostaat is beschadigd.
Neem contact op met uw dealer.
Het verwarmingselement stopt
na een bepaalde tijd.
De veiligheidsthermostaat is
opgestart.
Druk op de Reset-knop in het
verdeelkastje.