72
| Nederlands
F 016 L81 172 | (8.5.15)
Bosch Power Tools
Continu branden
van de
rode LED-indicatie
geeft aan dat
de temperatuur van de accu buiten het snellaadtemperatuur-
bereik van 0 °C – 45 °C ligt. Zodra het toegestane tempera-
tuurbereik bereikt is, schakelt het oplaadapparaat automa-
tisch over op snelladen.
Als de temperatuur van de accu buiten het toegestane oplaad-
temperatuurbereik ligt, gaat de rode LED van de accu bran-
den wanneer u de accu in het oplaadapparaat zet.
Geen opladen mogelijk
Een andere storing tijdens het opladen wordt aangegeven
door
knipperen
van de
rode LED-indicatie
.
Het opladen kan niet worden gestart en het opladen van de
accu is niet mogelijk (zie gedeelte „Storingen opsporen”).
Aanwijzingen voor het opladen
Bij langdurig opladen of meermaals opladen zonder onder-
breking kan het oplaadapparaat warm worden. Dit is echter
zonder bezwaar en wijst niet op een technisch defect van het
oplaadapparaat.
Een duidelijk kortere gebruiksduur na het opladen duidt erop
dat de accu versleten is en moet worden vervangen.
Neem de voorschriften ten aanzien van de afvalverwijdering
in acht.
Accukoeling (Active Air Cooling)
De in het oplaadapparaat geïntegreerde ventilatorregeling
bewaakt de temperatuur van de ingezette accu. Als de ac-
cutemperatuur boven 30 °C ligt, wordt de accu door een ven-
tilator op de optimale oplaadtemperatuur gekoeld. De inge-
schakelde ventilator maakt een ventilatiegeluid.
Als de ventilator niet loopt, ligt de accutemperatuur in het op-
timale oplaadtemperatuurbereik, of is de ventilator defect. In
dit geval wordt de oplaadtijd van de accu langer.
Tips voor de werkzaamheden
Accu-oplaadindicatie
De accu is voorzien van een oplaadindicatie die de oplaad-
toestand van de accu aangeeft. De oplaadindicatie bestaat
uit drie groene LED’s.
Bedien de toets voor de oplaadindicatie om de oplaadindictie
te activeren. Na ca. 5 seconden gaat de oplaadindicatie auto-
matisch uit.
De oplaadtoestand kan ook worden gecontroleerd terwijl de
accu verwijderd is.
Als na het bedienen van de toets geen van de LED’s brandt, is
de accu defect en moet deze worden vervangen.
Om veiligheidsredenen kan de oplaadtoestand alleen worden
opgevraagd als het tuingereedschap stilstaat.
Tijdens het opladen gaan de drie groene LED’s na elkaar bran-
den en gaan deze kort uit. De accu is volledig opgeladen als de
drie groene LED’s continu branden. Ongeveer 5 minuten na-
dat de accu volledig is opgeladen, gaan de drie groene LED’s
weer uit.
Indicatie voor temperatuurbewaking
De rode LED van de indicatie voor de temperatuurbewaking
geeft aan dat de accu of de elektronica van het tuingereed-
schap (als de accu in het gereedschap is geplaatst) zich in niet
het optimale temperatuurbereik bevindt. In dit geval werkt
het tuingereedschap niet, of niet met volledig vermogen.
Temperatuurbewaking van de accu
De rode LED knippert bij het indrukken van de toets of van
de aan-/uitschakelaar (bij geplaatste accu): de accu is buiten
het toegestane bedrijfstemperatuurbereik.
Bij een temperatuur boven 70 °C wordt de accu uitgescha-
keld tot deze zich weer in het toegestane bedrijfstempera-
tuurbereik bevindt.
Temperatuurbewaking van de elektronica van
het tuingereedschap
De rode LED brandt bij het indrukken van de aan/uit-schake-
laar
continu
: De temperatuur van de elektronica van het tuin-
gereedschap bedraagt minder dan 5 °C of meer dan 75 °C.
Bij een temperatuur boven 90 °C wordt de elektronica van
het tuingereedschap uitgeschakeld tot deze zich weer in het
toegestane bedrijfstemperatuurbereik bevindt.
Maaivermogen (gebruiksduur accu)
Het maaivermogen (de gebruiksduur van de accu) is afhanke-
lijk van de eigenschappen van het gazon, zoals de grasdicht-
heid, de vochtigheid, de lengte van het gras en de maaihoog-
te.
Vaak in- en uitschakelen van het tuingereedschap tijdens het
maaien vermindert eveneens het maaivermogen (looptijd van
de accu).
Als u het maaivermogen (de gebruiksduur van de accu) wilt
optimaliseren, is het raadzaam om vaker te maaien, de maai-
hoogte te vergroten en in een passend tempo te lopen.
Het onderstaande voorbeeld toont de samenhang tussen
maaihoogte en maaivermogen met betrekking tot één accula-
ding.
AL 3640 CV
Professional
AL 3620 CV
Professional
LED-indicatie
Accucapaciteit
Continu branden 3 groene LED’s ≥ 2/3
Continu branden 2 groene LED’s ≥ 1/3
Continu brandt 1 groene LED
≤ 1/3
Knipperlicht 1 groene LED
Reserve
OBJ_BUCH-1584-007.book Page 72 Friday, May 8, 2015 9:09 AM