Nederlands |
47
Schakel het meetgereedschap in en leg het op het horizontale of
verticale vlak.
Kies de maateenheid
°
(zie „Maateenheid wisselen (zie afbeel-
Wacht 10 s en noteer vervolgens de meetwaarde.
Draai het meetgereedschap 180° om de verticale as. Wacht op-
nieuw 10 s en noteer de tweede meetwaarde.
u
Kalibreer het meetgereedschap alleen, wanneer het ver-
schil tussen beide meetwaarden groter dan 0,1° is.
Kalibreer het meetgereedschap in de positie (verticaal of hori-
zontaal) waarin het verschil van de meetwaarden werd vastge-
steld.
Kalibreren van de horizontale oplegvlakken
(zie afbeelding C)
Het vlak waarop u het meetgereedschap legt, mag
niet meer
dan 5°
van de horizontale lijn afwijken. Als de afwijking groter is,
dan wordt de kalibratie met de aanduiding
---
afgebroken.
➀
Schakel het meetgereedschap in en leg het zodanig op
het horizontale vlak dat de libel voor horizontaal uitlij-
nen
(1)
naar boven wijst en het display
(5)
naar u gericht
is. Wacht 10 s.
➁
Druk daarna gedurende ca. 2 s op de kalibratietoets
Cal
(10)
tot kort
CAL1
op het display verschijnt. Daarna
knippert de meetwaarde in het display.
➂
Draai het meetgereedschap 180° om de verticale as, zo-
dat de libel nog steeds naar boven wijst, maar het dis-
play
(5)
zich aan de van u af gekeerde zijde bevindt.
Wacht 10 s.
➃
Druk daarna opnieuw op de kalibratietoets
Cal
(10)
. Op
het display verschijnt kort
CAL2
. Daarna verschijnt de
meetwaarde (niet meer knipperend) in het display. Het
meetgereedschap is nu voor dit oplegvlak opnieuw geka-
libreerd.
➄
Vervolgens moet u het meetgereedschap voor het tegen-
overliggende oplegvlak kalibreren. Draai hiervoor het
meetgereedschap zodanig om de horizontale as dat de li-
bel voor horizontaal uitlijnen
(1)
naar beneden en het
display
(5)
naar u wijst. Leg het meetgereedschap op
het horizontale vlak. Wacht 10 s.
➅
Druk daarna gedurende ca. 2 s op de kalibratietoets
Cal
(10)
tot kort
CAL1
op het display verschijnt. Daarna
knippert de meetwaarde op het display.
➆
Draai het meetgereedschap 180° om de verticale as, zo-
dat de libel nog steeds naar beneden wijst, maar het dis-
play
(5)
zich aan de van u af gekeerde zijde bevindt.
Wacht 10 s.
➇
Druk daarna opnieuw op de kalibratietoets
Cal
(10)
. Op
het display verschijnt kort
CAL2
. Daarna verschijnt de
meetwaarde (niet meer knipperend) op het display. Het
meetgereedschap is nu voor beide horizontale opleg-
vlakken opnieuw gekalibreerd.
Aanwijzing:
Als het meetgereedschap bij de stappen
➂
en
➆
niet om de in de afbeelding getoonde as wordt gedraaid, kan de
kalibratie niet worden afgesloten (
CAL2
verschijnt niet op het
display).
Kalibreren van de verticale oplegvlakken (zie afbeelding D)
Het vlak waarop u het meetgereedschap legt, mag
niet meer
dan 5°
van de loodlijn afwijken. Als de afwijking groter is, dan
wordt de kalibratie met de aanduiding
---
afgebroken.
➀
Schakel het meetgereedschap in en leg het zodanig op
het verticale vlak dat de libel voor verticaal uitlijnen
(6)
naar boven wijst en het display
(5)
naar u gericht is.
Wacht 10 s.
➁
Druk daarna gedurende ca. 2 s op de kalibratietoets
Cal
(10)
tot kort
CAL1
op het display verschijnt. Daarna
knippert de meetwaarde op het display.
➂
Draai het meetgereedschap 180° om de verticale as, zo-
dat de libel nog steeds naar boven wijst, maar het dis-
play
(5)
zich aan de van u af gekeerde zijde bevindt.
Wacht 10 s.
➃
Druk daarna opnieuw op de kalibratietoets
Cal
(10)
. Op
het display verschijnt kort
CAL2
. Daarna verschijnt de
meetwaarde (niet meer knipperend) op het display. Het
meetgereedschap is nu voor dit oplegvlak opnieuw geka-
libreerd.
➄
Vervolgens moet u het meetgereedschap voor het tegen-
overliggende oplegvlak kalibreren. Draai hiervoor het
meetgereedschap zodanig om de horizontale as dat de li-
bel voor verticaal uitlijnen
(6)
naar beneden en het dis-
Bosch Power Tools
1 609 92A 58M | (28.11.2019)