![Bosch GCM 12 SD Professional Original Instructions Manual Download Page 100](http://html.mh-extra.com/html/bosch/gcm-12-sd-professional/gcm-12-sd-professional_original-instructions-manual_49271100.webp)
100
| Nederlands
1 609 92A 0XM | (5.12.14)
Bosch Power Tools
Zagen met afkortbeweging
– Voor het zagen met behulp van de afkortvoorziening
25
(brede werkstukken) dient u de vastzetschroef
31
los te
maken wanneer deze is vastgedraaid.
– Span het werkstuk overeenkomstig de afmetingen vast.
– Stel de gewenste verstekhoek in.
– Draai de gereedschaparm zo ver van de aanslagrail
20
weg
tot het zaagblad zich voor het werkstuk bevindt.
– Schakel het elektrische gereedschap in.
– Druk de knop
8
in en beweeg de gereedschaparm met de
handgreep
7
langzaam omlaag.
– Duw nu de gereedschaparm in de richting van de aanslag-
rail
20
en zaag het werkstuk met gelijkmatige voorwaartse
beweging door.
– Schakel het elektrische gereedschap uit en wacht tot het
zaagblad volledig tot stilstand is gekomen.
– Beweeg de gereedschaparm langzaam omhoog.
Werkstukken van gelijke lengte zagen (zie afbeelding Q)
Voor het eenvoudig zagen van werkstukken van gelijke lengte
kunt u de lengtegeleider
37
gebruiken.
U kunt de lengtegeleider aan beide zijden van de zaagtafelver-
lenging
38
monteren.
– Draai de blokkeerschroef
36
los en klap de lengtegeleider
37
over de klemschroef
56
.
– Draai de blokkeerschroef
36
weer vast.
– Stel de zaagtafelverlenging
38
op de gewenste lengte in
(zie „Zaagtafel verlengen”, pagina 97).
Diepteaanslag instellen (groef zagen)
(zie afbeelding R)
De diepteaanslag moet worden versteld als u een groef wilt
zagen.
– Druk op de blokkeerhendel
43
en draai de gereedschap-
arm in de gewenste stand.
– Druk op de knop
57
.
– Verschuif de instelschroef
29
tot het einde van de schroef
de diepteaanslag
58
raakt.
– Laat de knop
57
weer los.
– Beweeg de gereedschaparm langzaam omhoog.
Speciale werkstukken
Zet vooral gebogen of ronde werkstukken voor het zagen
goed vast, zodat deze niet kunnen wegglijden. Bij de zaaglijn
mag geen spleet tussen werkstuk, aanslagrail en zaagtafel
ontstaan.
Maak indien nodig speciale houders.
Profielplinten (vloer- of plafondplinten) bewerken
Profielplinten kunt u op twee verschillende manieren
bewerken:
– tegen de aanslagrail geplaatst,
– plat op de zaagtafel liggend.
Bovendien kunt u afhankelijk van de breedte van de profiel-
plint met of zonder trekbeweging zagen.
Probeer de ingestelde verstekhoek altijd eerst uit op een stuk
afvalhout.
Vloerplinten
De volgende tabel bevat aanwijzingen voor het bewerken van vloerplinten.
Instellingen
Tegen aan-
slagrail
geplaatst
Plat op de
zaagtafel
liggend
Verticale verstekhoek
0°
45°
Vloerplint
Linkerzijde
Rechterzijde
Linkerzijde
Rechterzijde
Binnenkant
Horizontale
verstekhoek
45° Links
45° Rechts
0°
0°
Positionering
van het werkstuk
Onderkant op
zaagtafel
Onderkant op
zaagtafel
Bovenkant tegen
aanslagrail
Onderkant tegen
aanslagrail
Gereed werkstuk
bevindt zich ...
... links van
zaagsnede
... rechts van
zaagsnede
... links van
zaagsnede
... links van
zaagsnede
Buitenkant
Horizontale
verstekhoek
45° Rechts
45° Links
0°
0°
Positionering
van het werkstuk
Onderkant op
zaagtafel
Onderkant op
zaagtafel
Onderkant tegen
aanslagrail
Bovenkant tegen
aanslagrail
Gereed werkstuk
bevindt zich ...
... rechts van
zaagsnede
... links van
zaagsnede
... rechts van
zaagsnede
... rechts van
zaagsnede
OBJ_BUCH-1130-003.book Page 100 Friday, December 5, 2014 12:37 PM