30
1. VOEDING MET KABELTJE USB-DC
Het instrument kan gevoed
worden met een power bank,
PC, telefoonlader enz., aan de
hand van het meegeleverde
kabeltje
USB-DC
.
Steek de stekker in het
stopcontact
5V
DC.
2. STROOMVERZORGING AAN HET NET
Het apparaat kan van stroom worden voorzien met een
converter voor het net (niet bijgeleverd) die de volgende
spanningskenmerken heeft: VDC = 5V; I = 500 mA
(centrale positief contact). Steek de
stekker in het stopcontact
5V
DC.
AANDACHT: - Iedere adapter, ook als die met een veiligheidsisolatie
is voorzien, moet regelmatig worden geïnspecteerd om mogelijke
risico’s te vermijden die te wijten zijn aan schade aan de kabel, aan
de stekker, aan de behuizing of aan andere onderdelen. Wend je
uitsluitend tot gekwalificeerd personeel in geval
van defecten.
Dit instrument mag alleen worden aangesloten op
apparatuur waarop een van de volgende symbolen staat:
OPMERKING: Het typeplaatje is aangebracht op de onderkant
van de behuizing van het apparaat.
3. STROOMVERZORGING MET BATTERIJEN
Open het batterijen-
vak met een kru-
isschroevendraaier.
Breng
4 batterijen
van 1,5V type R6/AA
(niet bijgeleverd), let
daarbij op de correcte
polariteit
(+/–)
. Sluit
de deksel. Vervang de
batterijen wanneer de geluidskwaliteit te wensen
over laat.
Voor een lange levensduur wordt het
geadviseerd alkalinebatterijen te gebruiken
.
HET GEBRUIK VAN DE BATTERIJEN:
Verwijder lege batterijen uit
hun vakjes. • Laad de niet-oplaadbare batterijen NIET op. • Voor het opladen
van batterijen moeten ze uit hun vakjes worden verwijderd. • Laad de
batterijen op onder toezicht van volwassenen. o Breng de batterijen aan met
de correcte polariteit. • Gebruik niet tegelijkertijd batterijen van verschillende
merken, of nieuwe en gebruikte batterijen tesamen. • Gebruik alleen
batterijen van het aangeraden soort of een soortgelijk type. • Veroorzaak geen
kortsluiting met de contactklemmen van de stroomverzorging. • Verwijder de
batterijen als het instrument voor een langere periode niet wordt gebruikt.
RICHTLIJNEN OMTRENT DE VERZAMELING VAN AFVAL
M.b.t. de afvalverzameling van de beneden vermelde speciaalmaterialen
informeert u zich aub. bij de gemeente van de gespecialiseerde
afvalverzamelpunten.
1. HET WEGWERPEN VAN DE BATTERIJEN: Ter
bescherming van het milieu mogen de batterijen niet
in de normale vuilnisbak geworpen worden, maar in
de speciale bakken voor batterijen.
2. VERZAMELING VAN VERPAKKINGEN: Verpakkingen van papier, karton en
golfkarton dienen bij de overeenkomstige verzamelpunten ingeleverd te
worden. Voor plastikdelen van de verpakkingen dienen de daavoor bepaalde
verzamelcontainers gebruikt te worden.
De symbolen van de diverse plastiktypes zijn:
Legenda van plastiktypes:
•
PET
= Polyethyleenterefthalat •
PE
= Polyethyleen, Code 02 für PE-HD, 04
für PE-LD •
PVC
= Polyvinylchloride •
PP
= Polypropylene •
PS
=Polysterool,
Polysteroolschuim •
O
= Andere Polymere (ABS, verbindingen, enz.)
3. INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKERS VAN ELEKTRISCHE
APPARATEN: Het symbool van de doorkruiste vuilnisbak geeft
aan dat de apparatuur op het einde van zijn levensduur niet
weggegooid mag worden met het normaal huishoudelijk afval,
maar dat de gebruiker het moet toevertrouwen aan een
containerpark in zijn gemeente of aan de koper, bij aankoop van een nieuwe
equivalente apparatuur of gratis, indien het kleiner is dan 25 cm. De correcte
toewijzing van het afval draagt bij tot het voorkomen van mogelijke
negatieve effecten op het milieu en de gezondheid. Zo bevordert men
bovendien het hergebruik en/of de recyclage van de materialen waaruit de
apparatuur bestaat. Het verkeerd afdanken van het product vanwege de
gebruiker, gaat gepaard met sancties zoals voorgeschreven door de wet. Voor
meer informatie over het afdanken van speciaal afval, contacteer de
bevoegde plaatselijke overheden.
INSCHAKELING EN UITSCHAKELING
Druk op de toets
POWER ON/OFF
②
om in te schakelen.
Herhaal dezelfde handeling om uit te schakelen. Bij de
inschakeling is de keyboard voorzien om te werken met
het geluid
Acoustic Gran Piano
, het ritme
Fusion 1
en
de melodie
Auspicious Day
.
DEMO - Demonstratiemelodie
Met de toets
DEMO
㉑
worden alle 60 melodieën in
sequentie afgespeeld. Druk opnieuw op DEMO om de
melodie te stoppen.
Wanneer een melodie wordt afgespeeld, drukt u op de
toetsen
+/–
④
om de volgende of vorige melodie te
selecteren. Ofwel voert u een cijfer van
0
tot
59
⑱
in om
een te selecteren uit de lijst op het einde van deze
handleiding;
N E D E R L A N D S
R6/AA 1.5V
R6/AA 1.5V
R6/AA 1.5V
R6/AA 1.5V
R6/AA 1.5V
R6/AA 1.5V
R6/AA 1.5V
R6/AA 1.5V
01
PET
02
PE
03
PVC
05
PP
06
PS
07
O