30
NEDERLANDS
Waarschuwing!
De waarde van de trillingsafgifte tijdens
daadwerkelijk gebruik van elektrisch gereedschap kan
afwijken van de verklaarde waarde afhankelijk op wat voor
manieren het apparaat wordt gebruikt. Het trillingsniveau kan
toenemen boven het aangegeven niveau.
Bij het bepalen van de trillingsblootstelling ter vaststelling van
de veiligheidsmaatregelen vereist door 2002/44/EG - ter
bescherming van personen die werkmatig geregeld elektrisch
gereedschap gebruiken - dient een inschatting van de
trillingsblootstelling de feitelijke gebruikscondities en
bedieningswijze in acht te nemen, inclusief alle onderdelen
van de bedieningscyclus, zoals het uistchakelen van het
apparaat en het onbelast laten lopen alsmede de trekkertijd.
Labels op de machine
Op de machine vindt u de volgende pictogrammen:
:
Waarschuwing!
De gebruiker moet de handleiding
lezen om risico op letsel te verkleinen
Elektrische veiligheid
#
Deze machine is dubbel geïsoleerd; een
aardaansluiting is daarom niet noodzakelijk.
Controleer altijd of uw netspanning overeenkomt
met de waarde op het typeplaatje.
u
Indien het netsnoer is beschadigd, dient het ter
voorkoming van gevaren te worden vervangen door de
fabrikant of een erkend servicecentrum.
Onderdelen
Al naar gelang de uitvoering beschikt deze machine over de
volgende onderdelen.
1. Schakelaar voor elektronisch regelbaar toerental
2. Vergrendelingsknop
3. Rechtsom/linksomschakelaar
4. Snelheidsinstelknop
5. Boorfunctie-schakelaar
6. Accessoirehouder
7. Zijhandgreep
8. Diepteaanslag
Montage
Waarschuwing!
Zorg vóór aanvang van de montage dat de
machine is uitgeschakeld en de netstekker van het lichtnet is
losgekoppeld.
Aanbrengen van de zijhandgreep en diepteaanslag
(fig. A)
u
Draai de handgreep linksom totdat u de zijhandgreep (7)
zoals afgebeeld op de voorkant van de machine kunt
plaatsen.
u
Draai de zijhandgreep in de gewenste stand.
u
Steek de diepteaanslag (8) zoals afgebeeld in het
montagegat.
u
Zet de diepteaanslag in de gewenste stand. De maximale
boordiepte is gelijk aan de afstand tussen het uiteinde van
de boor en de voorzijde van de diepteaanslag.
u
Maak de zijhandgreep vast door de handgreep rechtsom
te draaien.
Monteren van een accessoire (fig. B)
u
Reinig en smeer de schacht (9) van het accessoire.
u
Trek de huls (10) naar achteren en plaats de schacht in de
accessoirehouder (6).
u
Duw het accessoire omlaag en draai het een beetje totdat
het in de sleuven past.
u
Trek aan het accessoire om te controleren of het goed
vastzit. De hamerfunctie vereist dat het accessoire enkele
centimeters heen en weer kan bewegen wanneer het
vastzit in de accessoirehouder.
u
Om het accessoire te verwijderen, trekt u de huls (10)
naar achteren en neemt het accessoire uit.
KD985/KD990 - Aanbrengen van de boorhouder met
sleutel (fig. C)
u
Plaats de schacht (11) van de meegeleverde boorhouder
(12) in de machinehouder zoals hierboven beschreven.
Waarschuwing!
Gebruik bij het klopboren nooit boorhouders
met sleutel.
KD985/KD990 - Aanbrengen van accessoires in de
boorhouder met sleutel (fig. D)
u
Open de boorhouder door de huls (13) te draaien.
u
Steek de schacht van de boor of bit (14) in de boorhouder.
u
Steek de boorsleutel (15) in ieder gat (16) in de zijkant van
de boorhouder en draai totdat de boorhouder vast zit.
Overige risico's.
Er kunnen zich tijdens het gebruik van het gereedschap ook
andere risico's voordoen die misschien niet in de bijgevoegde
veiligheidswaarschuwingen worden vermeld. Deze risico's
kunnen zich voordoen als gevolg van onoordeelkundig
gebruik, langdurig gebruik, enz.
Zelfs als de veiligheidsvoorschriften in acht worden genomen
en de veiligheidsvoorzieningen worden geïmplementeerd,
kunnen bepaalde risico's niet worden vermeden. Deze
omvatten:
u
Verwondingen die worden veroorzaakt door het
aanraken van draaiende of bewegende onderdelen.