De 3 bewakingsniveaus zijn als volgt gedefinieerd
(afbeelding 5):
Nabijbereik
ca. 0 m - 3 m
Middenzone
ca. 3 m - 9 m
Afstandszone
ca. 9 m - 16 m
De opgegeven reikwijdte is gerelateerd aan een
montagehoogte van 2,40 m, sensorkop niet gekan-
teld, bewegingsrichting zijwaarts naar de bewegings-
sensor en voldoende temperatuurverschil tussen be-
wegend lichaam en omgeving.
Voor een optimale reikwijdte de bewegingssensor op
2,40 m hoogte en zijwaarts op de looprichting monte-
ren, anders moet met beperking van de reikwijdte re-
kening worden gehouden (afbeelding 6).
o
Storingsbronnen in de registratiezone vermijden,
bijv. dieren, door de wind bewegende struiken,
voertuigen of lampen. Eventueel de registratie-
zone met de meegeleverde opsteekplaat beper-
ken (zie hoofdstuk registratiezone beperken).
o
De bewegingssensor niet direct boven een lamp
monteren. Een afkoelende verlichting kan als
warmteverandering worden herkend en opnieuw
inschakelen tot gevolg hebben (afbeelding 7).
o
Raak het sensorvenster niet aan.
The 3 monitoring levels are defined as follows
(Figure 5):
Close range
approx. 0 m - 3 m
Mid range
approx. 3 m - 9 m
Long range
approx. 9 m - 16 m
The specified range relates to an installation height
of 2.40 m, sensor head not tilted, direction of
movement sideways to motion detector and sufficient
temperature difference between body and
environment.
For optimum range, install the motion detector at a
height of 2.40 m and to the side of the walking
direction, otherwise range restrictions may be
incurred (Figure 6).
o
Avoid sources of interference in the detection
area, e.g. animals, branches moved by the wind,
motor vehicles or lamps. If necessary, limit the
detection area with the supplied push-on cover
(see chapter Limiting the detection area).
o
Do not install the motion detector directly above
a luminaire. A cooling lamp could be detected as
a heat change causing additional switch-on
(Figure 7).
o
Do not touch the sensor window.
15
Summary of Contents for 174 01 09
Page 38: ......
