11
DISPLAY
Het bedieningspaneel biedt verschillende mogelijkheden zoals: eenvoudige
invoeren van het startadres, voorgeprogrammeerde programma selecteren of
een reset. Het hoofdmenu wordt geopend door op de
Mode/Esc
-toets, blader
door het submenu door
Up
of
Down
-toets.
Druk op de
Enter
-toets om het gewenste menu te selecteren.
U kunt de selectie wijzigen door te drukken op de
Up
of
Down
-toets. Bevestig
elke keuze door te drukken op de
Enter
-toets.
Je kunt elke modus verlaten door op de
Mode/Esc
-toets. De functies worden
beschreven in het volgende schema.
DMX-512 AANSLUITEN
Als u gebruik maakt van een standaard DMX-lichtstuurtafel, kunt u de DMX uitgang van de stuurtafel rechtstreeks aansluiten op
de DMX ingang van het eerste DMX apparaat. Sluit altijd de DMX uitgang aan op de eerst volgende DMX ingang van het
volgende apparaat totdat alle apparaten zijn aangesloten.
5-polige XLR connector.
Sommige fabrikanten gebruiken 5-polige DMX kabels voor DATA transmissie in plaats van 3-pin. 5-polige DMX armaturen kan
in een 3-polige DMX lijn worden uitgevoerd. Bij het plaatsen van standard 5-polige datakabels in een 3-polige DMX lijn, moet er
een verloop worden gebruikt. Onderstaande tabel geeft de details voor de juiste kabelconversie.
3-Pin XLR to 5-Pin XLR Conversion
Conductor
3-Pin XLR Female (Out) 5-Pin XLR Male (In)
Ground/Shield
Pin 1
Pin 1
Data Compliment (- signal)
Pin 2
Pin 2
Data True (+ signal)
Pin 3
Pin 3
Not Used
Pin 4 – Do Not Use
Not Used
Pin 5 – Do Not Use
Opgelet bij het laatste apparaat, dient u de DMX-lijn af te sluiten met een eindweerstand. Soldeer een 120 Ohm
weerstand tussen signaal (-) en signaal (+) in een 3-polige XLR connector en steek deze in de DMX uitgang van
het laatste apparaat in de lijn.
Het selecteren van de DMX startadres en DMX-Modus.
Druk op de enter toets totdat "DMX", “SET” op het display verschijnt. Gebruik nu de Up en Down knoppen om de "DMX" menu-item
te selecteren en bevestig met ENTER. "ADDR" verschijnt nu op de display, druk vervolgens nogmaals op “ENTER”. U kunt nu de
DMX startadres wijzigen met behulp van de toetsen “UP” en “DOWN” (A001 - A5002). Bevestig met ENTER, "SAVE" wordt kort
weergegeven op het display. Om de DMX modus instellen, selecteert u het menu-item "DMX", druk op ENTER en gebruik
vervolgens de toetsen “UP” en “DOWN” om het menu-item "CHS" te selecteren. Druk op ENTER en gebruik de UP en DOWN
toetsen om de gewenste DMX modus (5Ch, 9Ch, 11Ch) te selecteren. Bevestig met ENTER, "SAVE" wordt kort weergegeven op
het display. De synchrone besturing van meerdere spots (zelfde model) via een DMX besturingseenheid (bijvoorbeeld DMX sturing)
kunnen worden bereikt door de spots een identieke DMX startadres en met behulp van DMX kabels te verbinden.
ENTER
ENTER
ENTER
MODE
MODE
MODE
UP
UP
DOWN
DOWN
ENTER
MODE
UP
DOWN
UP
DOWN
Summary of Contents for Panther 25 Led Spot
Page 2: ...2...