8
DISPLAY
Het bedieningspaneel biedt verschillende mogelijkheden zoals: eenvoudige
invoeren van het startadres, voorgeprogrammeerde programma selecteren of
een reset. Het hoofdmenu wordt geopend door op de
Mode
-toets, blader door
het submenu door
Up
of
Down
-toets.
Druk op de
Enter
-toets om het gewenste menu te selecteren.
U kunt de selectie wijzigen door te drukken op de
Up
of
Down
-toets. Bevestig
elke keuze door te drukken op de
Enter
-toets.
Je kunt elke modus verlaten door op de
Mode
-toets. De functies worden
verderop in de handleiding beschreven.
DMX-512 AANSLUITEN
Als u gebruik maakt van een standaard DMX-lichtstuurtafel, kunt u de DMX-uitgang van de stuurtafel rechtstreeks aansluiten op
de DMX-ingang van het eerste DMX-apparaat. Sluit altijd de DMX-uitgang aan op de eerst volgende DMX-ingang van het
volgende apparaat totdat alle apparaten zijn aangesloten. Als je een lichtstuurtafel gebruikt met 5-pins DMX-connector dient u
gebruikt te maken van een 5-pin naar 3-pins verloop adapter.
Opgelet bij het laatste apparaat, dient u de DMX-lijn af te sluiten met een eindweerstand. Soldeer een 120 Ohm
weerstand tussen signaal (-) en signaal (+) in een 3-polige XLR connector en steek deze in de DMX-uitgang van
het laatste apparaat in de lijn.
AFSTANDSBEDIENING
BLACK OUT MODE
Druk op
<BLACK OUT>
om licht-output uit te schakelen. Druk nogmaals op
<BLACK
OUT>
om terug te gaan naar de laatste modus.
AUTO MODE
In de “AUTO” modus zullen de voorgeprogrammeerde lichtshows vertoond worden.
Voor het inschakelen van de Auto-modus:
1. Druk op
<AUTO>
van de afstandsbediening.
2. Druk op
<+>
of
<->
om te kieze
n tussen de verschillende programma’s.
SOUND MODE
In d
e “SOUND” modus zal het product reageren op de muziek. Voor het inschakelen
van de Sound-modus:
1. Druk op
<SOUND>
van de afstandsbediening.
2. Druk op
<+>
of
<->
om te kiezen tussen de verschillende programma
’s.
STROBE MODE
In de “STROBE” modus kunt u de stroboscoop snelheid voor de “AUTO” en “SOUND”
mode aanpassen. Voor het inschakelen van de Strobe-modus:
1. Druk op
<STROBE>
van de afstandsbediening.
2. Druk op
<+>
of
<->
om de snelheid te verhogen of te verminderen.
3. Druk nogmaals op
<STROBE>
om uit de stroboscoop uit te schakelen.
SPEED MODE
In de “SPEED” modus kunt u de snelheid van de “AUTO” en “SOUND” mode
aanpassen.
Voor het inschakelen van de Speed-modus:
1. Druk op
<SPEED>
van de afstandsbediening.
2. Druk op
<+>
of
<->
om de snelheid te verhogen of te verminderen.
SENSITIVITY MODE
In de “SENSITITY” modus kunt u de geluid gevoeligheid instellen van de “SOUND”
mode. Voor het instellen van de Sensitivity-modus:
1. Druk
< SENSITIVITY>
van de afstandsbediening.
2. Druk op
<+>
of
<->
om de geluid
gevoeligheid te verhogen of te verlagen.