- 72 -
5.2 Bediening
Voor het eerste gebruik
•
Voordat het apparaat kan worden gebruikt dient deze zorgvuldig te worden
gereinigd. De aanwijzingen onder punt 6 „Reinigen en conservatie“ opvolgen.
•
Sluit het apparaat aan op een enkel, geaard stopcontact.
•
Zet het apparaat aan. Gebruik hiervoor de AAN/UIT-schakelaar op de voorkant van
het apparaat.
•
Voordat u de eerste keer levensmiddelen en dranken in de koelkast zet, moet de
koelkast op de gewenste temperatuur zijn gebracht.
Aanduidingen
Tab. 1
LED
Functie
Normale werking
Start-
up
AAN
UIT
Knippert
➀
Compressor
Ingeschakeld
Uitgeschakeld
Vereist
AAN
➁
Ventilator
Ingeschakeld
Uitgeschakeld
Vereist
AAN
➂
Ontdooing
Ingeschakeld
Uitgeschakeld
Vereist
AAN
➃
Hulpuitgang
Uitgang actief
Uitgang niet
actief
-
AAN
➄
RTC
uurwerk
RTC
beschikbaar,
geactiveerd
(tEN=1) en
minstens
1 tijdcyclus
ingesteld
RTC niet
beschikbaar of
gedeacti-veerd
(tEN=0)
of er werd geen
tijdscyclus
ingesteld
AAN
➅
Alarm
Alarm actied
Geen actieve
alarm
-
AAN
➆
Cijferstand
Bestaat uit drie standen met komma en interval
199…999. Zie parameters /4, /5, /6 voor de sensor-
meetwaardestand. Waarden in °C/°F en komma.