74
BELANGRIJK:
DE GESELECTEERDE TEMPERATUUR VOOR HET ONDERSTE COMPARTIMENT MOET ALTIJD HOGER ZIJN
DAN DIE VAN HET BOVENSTE COMPARTIMENT
.
V
OOR OPTIMALE PRESTATIES
,
MOET DE INGESTELDE TEMPERATUUR VAN DE TWEE ZONES
VERSCHILLEN VAN TEN MINSTE
4
°
C.
Druk op de toetsen “UP” of “DOWN” om de binnentemperatuur van iedere zone in te stellen. De temperaturen worden
in graden aangegeven op iedere display van de betreffende zone voor het bovenste compartiment en voor het
onderste compartiment.
•
Tijdens de eerste ingebruikname geven de displays de in de fabriek voorgeprogrammeerde temperaturen aan, namelijk
voor het bovenste compartiment 10°C/50°F en voor het onderste compartiment 16°C/60°F
•
Druk op de knoppen “UP” of “DOWN” van de respectievelijke compartimenten om de gewenste temperatuur te kiezen.
•
De temperatuur wordt met 1°C of 1°F verhoogd als u één keer op “UP” drukt en met 1°C/1°F verlaagd als u één keer op
de knop “DOWN” drukt
Om op ieder willekeurig moment de voor iedere zone ingestelde temperatuur te bekijken, raakt u de knoppen “UP” of
“DOWN” van de respectievelijke compartimenten aan, de geprogrammeerde temperaturen knipperen korte tijd, gedurende
ca. 5 seconden op de display. Vervolgens wordt de werkelijke temperatuur van ieder compartiment weergegeven.
MODEL
3 COMPARTIMENTEN
Opper-controle-eenheid
Neder-controle-eenheid
AAN UIT
Houd voor het in- of uitschakelen van het apparaat de knop
minstens 5 seconden ingedrukt
. Druk op deze zelfde
toets voor het uitschakelen van het alarm, wanneer dit aan gaat.
BINNENVERLICHTING
Voor het in- of uitschakelen van de binnenverlichting met LED’s
KNOP “UP”
Om bij iedere druk de temperatuur met 1°C of 1°F te verhogen
KNOP “DOWN”
Om bij iedere druk de temperatuur met 1°C of 1°F te verlagen
KEUZEKNOP WEERGAVE
Kies voor de weergave van de temperaturen in graden Celsius of Fahrenheit. Houd voor het kiezen van één van deze
weergaven de knop minstens 5 seconden ingedrukt.
Downloaded from www.vandenborre.be