107
NL
Configuraties
DIP-switch 1 – Instelling van de Hi-O-groep
Hi-O Technology™-
apparaten kunnen in twee groepen ingedeeld worden
(”Producten Hi-O-groepen toewijzen”, pagina 100). Alleen de apparaten van
een Hi-O-groep kunnen onder elkaar berichten en stuurcommando’s uitwisselen.
De meldingen en stuurcommando’s van de andere Hi-O-groep worden telkens
genegeerd.
DIP-switch 2 - Afsluitweerstand inschakelen (afsluiten)
De
Hi-O Technology™-bus
moet met een afsluitweerstand worden afgesloten. Af
fabriek is de afsluitweerstand bij het slot ingeschakeld en bij de IO-module niet.
DIP-switch 3 – Plug & Play deactiveren
De apparaten op de
Hi-O Technology™-bus
worden ingeschakeld wanneer de
voedingsspanning ingeschakeld wordt. Daarbij vindt eerst een automatische
detectie van de apparaten plaats –
Plug & Play
(”Statusmeldingen / LED’s”,
pagina 100).
Opmerking!
De DIP-switch 3 moet altijd tijdens bedrijf worden omgeschakeld:
Voordat
DIP-switch 3 op
On
wordt gezet, moet de automatische detectie na de inschakeling
volledig afgerond zijn (”Statusmeldingen / LED’s”, pagina 100).
· Als een Hi-O-apparaat verwijderd, aangevuld of vervangen moet worden, zet
dan eerst DIP-switch 3 tijdens gebruik op
Off
.
Als dit niet in acht wordt genomen, kan het apparaat (slot) niet in een andere
Hi-O Technology™-bus
of als afzonderlijk apparaat (standalone apparaat) worden
gebruikt.
Plug & Play uitschakelen ter bescherming tegen manipulatie
Is de initialisatie volledig afgerond, dan adviseert ASSA ABLOY om
Plug & Play
weer uit te schakelen. De actuele herkenningsgegevens zijn dan opgeslagen en
kunnen niet worden gewijzigd. Op die manier wordt de verbinding van het slot
met de IO-module tegen manipulaties beveiligd, omdat IO-module en slot alleen
berichten van de daardoor bekende tegenzijde verwerken.
Wanneer
Plug & Play
is uitgeschakeld, is de externe besturingingang
Ontgrendeling
op het slot eveneens uitgeschakeld (neem de afzonderlijke handleiding van het
slot in acht, grijze aansluitdraad op de sloten van het OneSystem 809N, 819N,
509N en 519N). Op deze manier wordt het slot beveiligd tegen manipulaties via
de aansluitkabel.
I
