11
GEBRUIKSAANWIJZING
4 GEBRUIKEN
4.1 IN/UITSCHAKELEN:
Baby-unit:
• Schuif aan de achterzijde de schakelaar op ON om de baby-unit in te schakelen.
• Schuif deze schakelaar op OFF om de baby-unit uit te schakelen.
Ouder-unit:
• Druk gedurende 2 seconden op toets om de ouder-unit in te schakelen.
• Nogmaals toets gedurende 2 seconden indrukken om de ouder-unit uit te schakelen.
4.2 OUDER-UNIT:
Ontvangstvolume:
• Druk herhaaldelijk op toets om het ontvangstvolume te verhogen.
• Druk herhaaldelijk op toets om het ontvangstvolume te verlagen.
• U heeft de keuze uit 7 volume niveaus en volume-uit.
• Rechts in het display wordt tijdens het instellen het niveau getoond.
•
licht rechtsonder in het display op als u het volume op 0 (geen geluid) heeft gezet
Geluidslampjes:
• Links naast het venster zitten 4 geluidslampjes die knipperend aangeven of de baby huilt. Op
deze wijze kunt u ook uw baby in de gaten houden als het volume zacht of uit staat of als de
babyfoon wat verder weg in de kamer staat.
Terugspreken:
• Druk op toets om terug te praten naar de baby-unit. (toets ingedrukt houden tijdens het spre-
ken)
•
licht boven in het display op gedurende het terugspreken.
• Het ontvangstvolume bij de baby-unit is vast ingesteld en kan niet door u gewijzigd worden.
Geluidgestuurd in/uitschakelen (VOX):
• Bij een ingeschakelde VOX worden beeld en geluid uitgeschakeld zodra de baby slaapt en weer
ingeschakeld zodra de baby geluid maakt
• Druk op toets VOX om deze functie in te schakelen, kort wordt het VOX symbool in het display
getoond en het lampje VOX licht op. Druk nogmaals op toets VOX om deze functie weer uit te
schakelen.
• Het detectieniveau is instelbaar; zie hiervoor paragraaf 4,5, item ‘Detectieniveau’.