13
NEDERLANDS
OPMERKING:
• Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw
iPod om de gewenste stand in te stellen.
• Als er geen iPod is aangesloten, wekt het
apparaat u met de TUNER.
• Gebruik nu de / toetsen om het geluidsniveau van
het weksignaal in te stellen.
• Druk op de ALARM 1 of ALARM 2 toets. De indicator
“ ” of “ ” verschijnt op het scherm. De eerste of
tweede ingestelde wektijd is nu geactiveerd.
• Zet het apparaat in de Standby-stand met gebruik van
de / toets (11/15).
Wekker uitschakelen
Druk op de / toets om de wekker uit te schakelen tot
de volgende dag.
OPMERKING:
Als u de Snooze-functie geactiveerd heeft, moet u twee
keer op de / toets drukken om de wekfunctie uit te
schakelen tot de volgende dag.
Snooze-functie
Druk op de SNOOZE-toets (3/7) om de wekker ca. 9 minu-
ten lang uit te stellen.
Wektijden deactiveren
• Druk op de ALARM 1 toets (6) om de eerste ingestelde
wektijd uit te schakelen. De indicator “ ” verdwijnt
van het scherm.
• Druk op de ALARM 2 toets (5) om de tweede inge-
stelde wektijd uit te schakelen. De indicator “ ”
verdwijnt van het scherm.
OPMERKING:
Als u de Snooze-functie geactiveerd heeft, moet u het
apparaat in en uit schakelen met gebruik van de /
toets voordat u de wektijd uit kunt schakelen.
Slaaptimer (SLEEP-toets (1))
De automatische slaaptimer kan ingesteld worden op 10
tot 90 minuten in stappen van 10 minuten; na deze tijd
schakelt het apparaat over op de standby-stand. Druk
meerdere keren op deze toets totdat de gewenste tijd
op het scherm verschijnt. Als de functie ingeschakeld is,
verschijnt de aanduiding SLEEP op het scherm. Na de
ingestelde tijd schakelt het apparaat automatisch uit.
Druk weer op de SLEEP-toets om de functie uit te schake-
len.
Muziekweergave via de iPod
(iPod niet bijgeleverd)
LET OP:
Controleer voordat u de iPod aansluit dat de radio
niet
in de iPod-stand staat.
1. Sluit de bij uw iPod bijgeleverde adapter aan op de
iPod-ingang (4). Pas als de adapter aangesloten is,
kunt u controleren of de iPod goed in de iPod-aanslui-
ting past.
2. Sluit de iPod aan op het iPod-dock (4).
LET OP:
Zorg ervoor dat uw iPod rechtop in de aansluiting
gezet wordt. Zet de iPod niet scheef in de aanslui-
ting. Hierdoor kan de aansluiting of de iPod bescha-
digd worden.
3. Druk op de / toets (11/15) om het apparaat in te
schakelen. Druk meerdere keren op de FUNCTION-
toets (17/1) totdat de aanduiding “iPod” op het
scherm verschijnt.
4. Afhankelijk van het iPod model moet eerst de toet-
senvergrendeling uitgeschakeld worden, en moet de
weergave gestart worden met behulp van de
toets
(12/3).
5. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw iPod voor
meer informatie over de bediening.
LET OP:
Zet het apparaat in de radiostand voordat u uw iPod
afkoppelt van dit apparaat, om schade aan de iPod te
voorkomen.
Beschrijving van iPod-bedieningselementen
(12/3)
Muziekweergave onderbreken en hervatten. Druk weer op
de toets om de weergave te hervatten.
(18/14)
1 x drukken = De track opnieuw afspelen vanaf het
begin.
2 x drukken = Terugspringen naar de vorige track.
3 x drukken = Terugspringen naar de track vóór de
vorige track, enz. Houd de toets ingedrukt
tijdens de weergave om de track terug te
spoelen.
(18/14)
Druk op deze toets om vooruit te springen naar de vol-
gende track en de daaropvolgende tracks. Houd de toets
ingedrukt tijdens de weergave om de track vooruit te
spoelen.