Transport
CI/FAM540-X1
VA Master FAM540
NL - 7
2 Transport
2.1
Testen
Inspecteer de apparaten voor de installatie op eventuele beschadigingen ten gevolge van een
onoordeelkundig transport. Transportbeschadigingen dienen in de vrachtbrief worden
opgenomen. Eventuele schade-eisen onverwijld en voor de installatie aan de expeditiefirma
overmaken.
2.2
Algemene aanwijzingen m.b.t. het transport
Houd tijdens het transport van het apparaat naar de meetplaats rekening met het volgende:
• Afhankelijk van het apparaat kan het zwaartepunt uit het centrum liggen.
• De gemonteerde beschermplaten en beschermkapjes op de procesaansluitingen van
apparaten met PTFE-voering (FAM545) mogen pas net voor de installatie worden
verwijderd. Daarbij dient men erop te letten dat geen inwendige onderdelen (b.v. vlotter of
conus) eruit vallen of worden beschadigd.
3 Installatie
3.1
Inbouwvoorwaarden
De vlotterdebietmeter VA Master FAM540 wordt loodrecht in een buisleiding gemonteerd. Het
debiet moet van beneden naar boven stromen.
Het apparaat dient zo goed mogelijk te worden beschermd tegen trillingen van de buisleiding en
sterke magneetvelden. Het is aan te bevelen dat de nominale wijdte van de buisleiding met de
nominale wijdte van de aansluiting overeenkomt. In- en uitlaat-leidingstukken zijn niet
noodzakelijk.
Aanbevelingen voor de montage
Zie ook VDI
/
VDE-richtlijn 3513 blad
3, "Auswahl- und Einbauempfehlungen für
Schwebekörper-Durchflussmesser" (
Aanbevelingen voor de keuze en montage van
vlotterdebietmeters
).
G00400
F
Afb. 1