59
Schroefdiepte instellen (Afb. IV)
Door de moer te draaien
[15]
kan de schroefdiepte
traploss ingesteld worden.
Opmerking
Voor het verdraaien va de moer
[15]
moet de schroefdraadtap
[26]
met de
hoekschroevendraaier (SW 2,5) verwij-
derd worden.
Rotatie met de klok mee:
3
Diepteaanslag beweegt zich naar onderen.
3
Schroefkop wordt dieper ingedraaid.
Rotatie tegen de klok in:
3
Diepteaanslag beweegt zich naar boven.
3
Schroefkop wordt minder ingedraaid.
Opmerking
De vereiste schroefdiepte is van het mate-
riaal afhankelijk en moet door praktische
testen worden bepaald.
▸
Schroefdraadtap
[26]
weer vastzetten.
Smering (afb. I/IX)
▸
Vóór de eerste ingebruikname de geleide-
buis
[17]
met de bijbehorende onderhoudsolie
smeren.
Gebruik
Opgelet!
Gevaar voor machineschade!
Bevinden zich meerdere boorschroeven in het
apparaat, dan kan dit tot zware machineschade
leiden.
¾
Zorg ervoor dat er zich maar één boorschroef in
de machine bevind.
In-/uitschakelen
▸
Inschakelen: Aan-/uitschakelaar
[5]
bedienen en
met vergrendelknop
[4]
vergrendelen.
▸
Uitschakelen: Aan-/uitschakelaar
[5]
nogmaals
bedienen en weer loslaten.
Traploze toerentalregeling
▸
Met het instelwiel
[7]
kan het maximale toerental
gekozen worden.
▸
Machine loopt afhankelijk van de druk op de
aan-/uitschakelaar
[5]
met variabel toerental
tussen 0 en maximum.
Versnelling
Opgelet!
Gevaar voor machineschade!
Een versnellingswissel bij een lopende machine
kan tot zware machineschade leiden.
¾
Voer een versnellingswissel alleen bij stilstaande
machine door.
▸
Versnellingsschakelaar
[21]
in de juiste positie
draaien tot deze vastklikt.
Schroefprocedure
▸
Apparaat over de schroefpositie positioneren.
▸
Voor gemakkelijker instellen dienen de mar-
keringen
[28]
op de grondplaat
[13]
en de
centreereenheid
[12]
(afb. VI)
.
▸
Beide voeten op de grondplaat zetten en het
zwaartepunt van het lichaam naar voren boven
het drukpunt
[29]
verplaatsen
(afb. VII)
.
▸
Een boorschroef met de punt naar beneden in de
toevoeropening
[3]
werpen.
Opgelet!
Gevaar voor machineschade!
Bevinden zich meerdere boorschroeven in het
apparaat, dan kan dit tot zware machineschade
leiden.
¾
Zorg ervoor dat er zich maar één boorschroef in
de machine bevind.
▸
Handgreep
[6]
en extra handgreep
[2]
met
beide handen goed vasthouden en het apparaat
inschakelen.
▸
Hendel
[1]
bedienen
3
Persluchtcilinder
[16]
leidt het apparaat naar
beneden.
VOORZICHTIG!
Verbrandingsgevaar!
Schroefpositie en schroefkop kunnen
heet zijn.
¾
Schroefpositie en schroefkop niet
vastpakken.
¾
Schroefpositie en schroefkop laten
afkoelen.