67
2. In dat geval dient u het apparaat eerst uit te schakelen en vervolgens de stekker uit het stopcon-
tact te trekken. Laat het apparaat afkoelen en druk op de resetknop op de achterkant van het
bedieningselement (bv. met een tandenstoker).
3. Het apparaat kan nu weer worden gebruikt.
REINIGING EN ONDERHOUD
Trek vóór het reinigen de stekker uit het stopcontact.
Laat het apparaat helemaal afkoelen. Raak de verwarmingsspiraal niet aan,
omdat deze ook na het uitschakelen nog langere tijd heet is.
1. Neem het bedieningselement uit door het voorzichtig omhoog te trekken.
2. Het bedieningselement mag nooit in water worden gedompeld of met water in aanraking komen.
3. Neem de frituurpan met beide handen uit. Als u het frituurvet weer opnieuw wilt gebruiken,
giet het dan door een zeef met keukenrol. Bewaar het vet in de koelkast, bv. in een afgesloten
vetopvangbak. Uitgehard frituurvet kan vóór hergebruik in een pan op het fornuis kort worden
opgewarmd tot het net vloeibaar genoeg is om het in de frituurpan te gieten. Het frituurvet dient
regelmatig te worden vervangen. Oude olie of vet dient op een milieuvriendelijke wijze volgens
de plaatselijke afvalverwijderingsvoorschriften te worden weggegooid.
4. Gebruik voor het reinigen van de frituurpan geen scherpe of schurende schoonmaakmiddelen,
omdat de coating dan beschadigd kan raken.
5. Het deksel kan voor een makkelijkere reiniging van het apparaat worden verwijderd. Druk hier-
voor op het vergrendelingsmechanisme van het deksel een en trek het deksel voorzichtig naar
boven toe van het apparaat af. Om het deksel weer terug te plaatsen, moeten de pennetjes aan
het deksel in de scharnieren aan de achterkant van het apparaat worden geplaatst.
6. Alle onderdelen met uitzondering van het bedieningselement kunnen in warm water met een
mild afwasmiddel of in de vaatwasser worden gereinigd. Bij korstvorming kunt u de onderdelen
in warm water laten weken.
7. Veeg het bedieningselement met een droge doek af. De verwarmingsspiraal, d.w.z. het deel van
het bedieningselement dat tijdens de werking met olie in aanraking komt, kan voorzichtig vochtig
worden gereinigd, bv. met een zachte doek en een mild afwasmiddel. Let er echter op dat de
andere onderdelen van het bedieningselement niet met water in aanraking komen.
8. Droog alle onderdelen grondig af.
9. Plaats het deksel, de frituurpan en de frituurmand weer terug in het apparaat.
10. Een regelmatige reiniging verlengt de levensduur van het apparaat aanzienlijk.
11. Bewaar het apparaat op een droge en stofvrije plek.
Copyright UNOLD AG | www.unold.de