Wat te doen bij problemen?
NL
NL
53
Wat te doen bij problemen?
Ongekwalificeerde ingrepen en reparaties aan het apparaat zijn
gevaarlijk omdat er gevaar voor stroomstoten en kortsluiting
bestaat. Om lichamelijke schade en schade aan het apparaat te
voorkomen, moeten ze worden vermeden. Daarom mogen der-
gelijke werkzaamheden alleen door een elektrotechnicus, bijv.
van de technische klantenservice, worden uitgevoerd.
Denk eraan
Als er aan uw apparaat storingen optreden, controleer dan eerst
aan de hand van deze gebruiksaanwijzing of u de oorzaken niet
zelf kunt verhelpen.
Hierna vindt u tips voor het verhelpen van storingen.
De zekeringen vallen meermaals uit?
Neem contact op met de klantenservice of een elektromonteur!
De inductiekookplaat kan niet worden ingeschakeld?
• Heeft de zekering van de huisinstallatie (zekeringenkast) gere-
ageerd?
• Is de aansluitingskabel aangesloten?
• Is de kinderbeveiliging ingeschakeld, d.w.z. er wordt een L
aangetoond?
• Zijn de sensoren gedeeltelijk door een vochtige doek, vloeistof
of een metalen voorwerp bedekt? A.u.b. verwijderen.
• Wordt verkeerd servies gebruikt? Zie hoofdstuk „Servies voor
inductiekookplaat“.
De foutcode ER03 wordt aangetoond en er is gedurende een
bepaalde tijd een signaal te horen.
Er is een permanente activering van de touch-control-sensoren
door overgekookte levensmiddelen, kookgerei of andere voor-
werpen.
Oplossing: het oppervlak schoonmaken of het voorwerpen ver-
wijderen.
De foutcode E2 of ER21 wordt getoond?
De elektronica is te heet. De inbouwsituatie van de kookplaat
controleren, in het bijzonder op voldoende ventilatie letten.
Zie hoofdstuk Oververhittingsbeveiliging.
De foutcode U400 wordt getoond?
De kookplaat is verkeerd aangesloten. De besturing wordt na 1s
uitgeschakeld en er is een continu signaal te horen. De correcte
netspanning aansluiten.
Er wordt een foutcode (ERxx of Ex) getoond?
Er is een technisch defect. A.u.b. contact opnemen met de ser-
vice.
Het pansymbool verschijnt?
Er werd een kookzone ingeschakeld en de kookplaat verwacht
dat er een geschikte pan wordt opgezet (panherkenning). Pas
dan wordt er energie afgegeven.
Het pansymbool blijft verschijnen, hoewel er een pan
werd opgezet?
De pan is niet geschikt voor inductie of heeft een te kleine diame-
ter.
De gebruikte kookpannen maken geluid?
Dat heeft een technische oorzaak; er bestaat geen gevaar voor
de inductiekookplaat of de pan.
De koelventilator blijft na het uitschakelen nog lopen?
Dat is normaal omdat de elektronica wordt afgekoeld.
De kookplaat maakt geluiden (klikgeluiden)?
Dat heeft een technische oorzaak en is niet te vermijden.
De kookplaat heeft barsten of breuken?
Bij breuken, barsten, scheuren of andere beschadigingen aan de
keramische kookplaat bestaat gevaar voor elektrische schokken.
Het apparaat onmiddellijk buiten gebruik nemen. Onmiddellijk de
zekering in de woning uitschakelen en contact opnemen met de
klantenservice.
Pulserend kookgedrag?
De inductie-elementen kunnen hun vermogen slechts tot op een
bepaalde kookstand reduceren. Onder deze kookstand begint
het verwarmingselement in fasen te werken.
Dat betekent dat het inductie-element naargelang van de geko-
zen kookstand in een bepaald interval in- en weer uitgeschakeld
wordt. Dit ritmisch gedrag is hoorbaar en wordt bij het koken door
het opstijgen en verdwijnen van luchtbellen op de panbodem
zichtbaar.
Het pulserend kookgedrag op bepaalde kookstanden is normaal
en heeft geen negatieve invloed op het kookresultaat.
Oplossing:
Indien mogelijk potten en pannen met een dikke bodem en dus
een goede warmteaccumulatie en -verdeling gebruiken.
Kookpannen indien mogelijk altijd met een passend deksel slui-
ten. Bij het koken zonder deksel gaat zeer veel energie verloren.