19
NL
Aansluiten en opstellen van de luidspr
ekers
Controleren van de aansluitingen
Na het aansluiten van al uw audio/video-apparatuur op
de tuner/versterker volgt u de onderstaande
aanwijzingen om te controleren of alle aansluitingen in
orde zijn.
1
Druk op de
?/1
toets om de tuner/versterker in te
schakelen.
2
Druk op een van de weergavebron-keuzetoetsen
om in te stellen op een component (beeld/
geluidsbron) die u hebt aangesloten (bijvoorbeeld
de CD-speler of het cassettedeck).
3
Schakel het betreffende apparaat in en start de
weergave van de geluidsbron.
4
Draai aan de MASTER VOLUME regelaar om de
geluidssterkte naar wens in te stellen.
Wanneer u geen normale geluidsweergave krijgt nadat u
deze procedure hebt gevolgd, dient u de volgende
checklist te overlopen en de nodige maatregelen te treffen
om het probleem op te lossen.
Er klinkt geen geluid, ongeacht welke
geluidsbron wordt gekozen.
,
Controleer of de tuner/versterker en de
aangesloten apparatuur naar behoren zijn
ingeschakeld.
,
Controleer met MASTER VOLUME of het volume
in het uitleesvenster niet op VOL MIN staat.
,
Controleer of alle luidsprekersnoeren naar
behoren zijn aangesloten.
,
Druk op MUTING wanneer MUTING verschijnt
in het uitleesvenster.
,
Controleer of er een hoofdtelefoon is aangesloten
op PHONES. Wanneer er een hoofdtelefoon is
aangesloten, komt er geen geluid uit de
luidsprekers.
,
Controleer of de receiver niet in de
“Demonstratiestand” staat (zie pagina 14).
Alvorens uw tuner/versterker in gebruik te nemen
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
–
+
MULTI CH IN
INPUT MODE
BASS
MUTING
A.F.D.
ENTER
NAME
VIDEO
DVD/LD
TV/SAT
MD/TAPE
CD
TUNER
SET UP
MENU
LEVEL
SURR
SOUND CONTROL
SOUND FIELD
MODE
2CH
DIMMER
PHONES
?
/
1
TREBLE
–
–
+
TUNING
–
+
PRESET/
PTY SELECT
MEMORY
SHIFT
PTY
FM MODE
FM/AM
–
+
+
MASTER VOLUME
?/1
Een bepaalde geluidsbron is niet te horen.
,
Controleer of de component correct is aangesloten
op de audio-ingangen voor die component.
,
Controleer of de stekkers van het aansluitsnoer aan
beide zijden, op de tuner/versterker en het
weergave-apparaat zelf, stevig in de stekkerbussen
zijn gestoken.
Eén van de voorluidsprekers geeft geen geluid.
,
Sluit een hoofdtelefoon aan op PHONES om na te
gaan of er geluid hoorbaar is via de hoofdtelefoon
(zie “
w;
PHONES aansluiting” op pagina 23).
Als ook bij de aangesloten hoofdtelefoon slechts
via één kanaal geluid te horen is, kan er iets mis
zijn met de aansluitingen van het weergave-
apparaat op de tuner/versterker. Controleer dan of
de stekkers van het aansluitsnoer aan beide einden,
op de tuner/versterker en de geluidsbron zelf,
stevig in de stekkerbussen zijn gestoken.
Als de hoofdtelefoon wel via beide kanalen geluid
geeft, kan er iets mis zijn met de aansluiting van de
niet werkende voorluidspreker op de tuner/
versterker. Controleer dan de aansluitingen van de
voorluidspreker die geen geluid geeft.
Doet zich een probleem voor dat hierboven niet vermeld
staat, zie dan het hoofdstuk “Verhelpen van storingen” op
blz. 44.
Weergavebron-
keuzetoetsen