34
Geavanceerde bediening — Radio
Zenders opslaan en ontvangen
Let op
Als u afstemt op zenders tijdens het rijden, moet
u de BTM-functie (geheugen voor beste
afstemming) gebruiken om ongelukken te
vermijden.
Automatisch opslaan — BTM
1
Druk herhaaldelijk op
(SRC)
tot
"TUNER" wordt weergegeven op de
hoofdeenheid.
Druk herhaaldelijk op
(MODE)
om de band
te wijzigen. U kunt FM1, FM2, FM3, MW of
LW selecteren.
2
Druk op
(SYSTEM SETUP)
.
De systeeminstelitems worden weergegeven.
3
Druk op
M
/
m
om "BTM" te selecteren
en druk op
(ENTER)
.
Het apparaat slaat de zenders in volgorde van
frequentie op onder de cijfertoetsen (
(1)
tot
en met
(6)
).
Er klinkt een pieptoon wanneer de instelling
is opgeslagen.
Met de hoofdeenheid
Druk op
(SOURCE)
in plaats van op
(SRC)
, draai aan
de volumeknop in plaats van op
M
/
m
te drukken.
Handmatig opslaan
1
Als u de zender ontvangt die u wilt
opslaan, houdt u een cijfertoets (
(1)
tot en met
(6)
) ingedrukt tot "MEM"
wordt weergegeven op de
hoofdeenheid.
De aanduiding voor de cijfertoets verschijnt
op de hoofdeenheid.
Opmerking
Als u een andere zender opslaat onder dezelfde
cijfertoets, wordt de eerder opgeslagen zender
vervangen.
Tip
Als een RDS-zender wordt opgeslagen, wordt de AF-/
TA-instelling ook opgeslagen (pagina 35).
Opgeslagen zenders ontvangen
1
Selecteer de band en druk vervolgens
op een cijfertoets (
(1)
tot en met
(6)
).
RDS
Overzicht
FM-zenders met de RDS-dienst
(radiogegevenssysteem) sturen onhoorbare
digitale informatie mee met het gewone
radioprogrammasignaal.
Displayitems
A
Radioband, functie
B
TA/TP*
1
C
Frequentie*
2
(programmaservicenaam),
voorinstelnummer, klok, RDS-gegevens
*1
"TA" knippert tijdens de verkeersinformatie. "TP"
gaat branden zodra een dergelijke zender wordt
ontvangen.
*2
Als u de RDS-zender ontvangt, wordt "
*
" links van
de frequentieaanduiding weergegeven.
Als u displayitems wilt wijzigen
C
, drukt u op
(DSPL)
.
Z
X
Z
PL
M/m
ENTER
MODE
SYSTEM
SETUP
SRC
Cijfertoetsen
Z
X
Z
PL
VOL
AF/TA
ENTER
DSPL
M/m
LIST/PTY
Cijfertoetsen
B
C
A