28
Verhelpen van storingen
De onderstaande controlelijst kan u helpen bij
het oplossen van problemen die zich met het
apparaat kunnen voordoen.
Voordat u de onderstaande controlelijst
doorneemt, moet u eerst de aanwijzingen voor
aansluiting en gebruik controleren.
Algemeen
Geen geluid.
• Druk op de volum om het volume
aan te passen.
• Zet de ATT-functie uit.
• Zet de faderregelaar in het midden voor een
systeem met 2 luidsprekers.
• U probeert MP3-bestanden af te spelen met
een optioneel CD-apparaat dat niet geschikt
is voor MP3.
t
Speel de bestanden af op een Sony CD-
apparaat dat geschikt is voor MP3, zoals
de CDX-T70MX.
De geheugeninhoud is gewist.
• De RESET toets is ingedrukt.
t
Sla opnieuw op in het geheugen.
• De voedingskabel of de accu zijn
losgekoppeld.
• De voedingskabel is niet goed aangesloten.
Geen pieptoon.
• De pieptoon is uitgezet (pagina 23).
• Er is een los verkrijgbare versterker
aangesloten en u gebruikt de ingebouwde
versterker niet.
De weergave verdwijnt van/verschijnt niet in
het display.
• De weergave verdwijnt als u op
(OFF)
drukt
en deze toets ingedrukt houdt.
t
Druk nogmaals op
(OFF)
en houd deze
toets ingedrukt tot de weergave
verschijnt.
• Verwijder het voorpaneel en reinig de
aansluitingen. Zie “Aansluitingen
schoonmaken” (pagina 25) voor meer
informatie.
Opgeslagen zenders en tijd zijn gewist.
De zekering is doorgebrand.
Maakt geluid met de contactsleutel op ON,
ACC of OFF.
De kabels zijn niet goed verbonden met de
hulpvoedingsaansluiting van de auto.
Het apparaat wordt niet van stroom
voorzien.
• Controleer de aansluiting. Controleer de
zekering wanneer alles in orde is.
• De auto heeft geen ACC positie.
t
Druk op
(SOURCE)
(of plaats een disc)
om het apparaat in te schakelen.
Het apparaat wordt constant van stroom
voorzien.
De auto heeft geen ACC positie.
De elektrisch bediende antenne schuift niet
uit.
De elektrisch bediende antenne heeft geen
relaisdoos.
CD/MD-weergave
Er kan geen disc worden geplaatst.
• Er is al een andere CD/MD geplaatst.
• De CD/MD is met kracht verkeerd geplaatst.
Het afspelen begint niet.
• Defecte MD of vuile CD.
• Ongefinaliseerde CD-R/CD-RW.
• U probeert een CD-R/CD-RW af te spelen
die niet geschikt is voor audiotoepassingen.
• Sommige CD-R’s/CD-RW’s kunnen niet
worden afgespeeld wegens de opname-
apparatuur of de staat van de disc.
MP3-bestanden kunnen niet worden
afgespeeld.
• De opname is verricht conform ISO 9660-
indeling niveau 1 of niveau 2, of Joliet of
Romeo in expansie-indeling.
• De extensie “.MP3” is niet toegevoegd aan
de bestandsnaam.
• Bestanden worden niet opgeslagen in MP3-
indeling.
MP3-bestanden worden minder snel
afgespeeld dan andere bestanden.
De volgende discs beginnen minder snel te
spelen:
– een disc opgenomen met ingewikkelde
boomstructuur;
– een disc opgenomen in meervoudige sessies;
– een disc waarop gegevens kunnen worden
toegevoegd.
Een disc wordt automatisch uitgeworpen.
De omgevingstemperatuur is hoger dan 50°C.
De bedieningsknoppen werken niet.
De CD wordt niet uitgeworpen.
Druk op de RESET toets.
Het geluid verspringt door trilling.
• Het apparaat is geïnstalleerd in een hoek van
meer dan 60°.
• Het apparaat is niet op een stabiele plaats in
de auto gemonteerd.
Het geluid verspringt.
Vuile of defecte disc.
De “--------” aanduiding kan niet worden
uitgeschakeld.
U hebt Name Edit geactiveerd.
t
Druk 2 seconden op
(PTY)
(LIST).