16
Bluetooth-functie
Voordat u de Bluetooth-functie
gebruikt
Menubewerkingen voor de
Bluetooth-functie
U kunt de Bluetooth-instellingen configureren in
het Bluetooth-functiemenu of het menu CALL.
U kunt menubewerkingen over het algemeen
uitvoeren met de joystick.
1
Druk op
(Bluetooth)
of
(CALL)
.
Het Bluetooth-functiemenu of het menu
CALL wordt weergegeven.
2
Duw de joystick omhoog/omlaag tot
de gewenste instelling wordt
weergegeven en duw de joystick
vervolgens naar rechts.
De digitale aanduiding wordt naar de
rechterkant verplaatst (instelling selecteren).
3
Duw de joystick omhoog/omlaag om
de instelling te selecteren en druk op
de joystick.
De instelling is voltooid.
4
Druk op
(Bluetooth)
of
(CALL)
.
Het normale display wordt weergegeven.
Een teken invoeren
Duw de joystick omhoog/omlaag om een teken te
selecteren en duw de joystick naar links/rechts
om de cursor te verplaatsen.
U kunt A – Z, a – z, 0 – 9 en een spatie invoeren.
Bluetooth-instellingen
configureren
Voordat u een Bluetooth-apparaat aansluit, moet
u de Bluetooth-instellingen op dit systeem
configureren.
1
Druk op
(Bluetooth)
.
Het Bluetooth-functiemenu wordt
weergegeven.
2
Selecteer "Bluetooth Settings".
3
Selecteer het gewenste menu.
4
Selecteer de instelling.
5
Druk op
(Bluetooth)
.
Het menu
Bluetooth Settings
"
z
" geeft de standaardinstellingen aan.
Opmerking
Raadpleeg de betreffende handleidingen voor
informatie over de instellingen van andere Bluetooth-
apparaten.
Dit systeem koppelen en verbinden
met een Bluetooth-apparaat
Wanneer u Bluetooth-apparaten voor het eerst
aansluit, moeten de apparaten onderling worden
geregistreerd. Dit wordt "koppelen" genoemd.
Deze registratie (koppelen) is alleen de eerste
keer vereist. Daarna herkennen dit systeem en de
andere apparaten elkaar automatisch.
(Afhankelijk van het apparaat moet u wellicht
voor elke verbinding een toegangscode
invoeren.)
Een Bluetooth-apparaat zoeken
vanaf dit systeem
Controleer vooraf of zoeken (herkenbaar) is
ingesteld op het andere Bluetooth-apparaat.
1
Druk op
(Bluetooth)
.
Het Bluetooth-functiemenu wordt
weergegeven.
Signal
De uitvoer van het Bluetooth-signaal van dit
systeem overschakelen naar "ON" of "OFF".
– "ON": het Bluetooth-signaal (RF 2,4 GHz)
uitvoeren.
– "OFF" (
z
): het Bluetooth-signaal (RF 2,4
GHz) niet uitvoeren.
Zorg ervoor dat u "ON" hebt ingesteld wanneer
u verbinding maakt met het Bluetooth-apparaat.
Visibility
Andere Bluetooth-apparaten toestaan om te
zoeken naar dit systeem.
– "Show": andere apparaten toestaan om te
zoeken.
– "Hide" (
z
): andere apparaten niet toestaan om
te zoeken.
Zorg ervoor dat u "Show" hebt ingesteld
wanneer u dit systeem wilt zoeken vanaf een
Bluetooth-apparaat.
Device Name
De naam wijzigen die voor dit systeem op het
verbonden apparaat wordt weergegeven.
(Standaardinstelling: "Xplod")
Selecteer "Rename" en voer de tekens in. U kunt
maximaal 12 tekens invoeren.
Wilt u "Xplod" herstellen, dan selecteert u
"Default"
c
"yes".